In deze zaak vordert de Duitse vennootschap Rotan Rohrleitungs- Tanksanierungs- Anlagbau GmbH (hierna: Rotan) betaling van een bedrag van € 1.812.283,20 van de Duitse vennootschap Takenaka Europe GmbH (hierna: Takenaka) op basis van een aannemingsovereenkomst. De rechtbank Amsterdam heeft op 18 augustus 2021 uitspraak gedaan in deze civiele zaak, waarin het geschil draait om de vraag of Takenaka de aannemingsovereenkomst rechtsgeldig heeft ontbonden. Rotan stelt dat Takenaka onterecht de overeenkomst heeft opgezegd en dat deze opzegging moet worden beschouwd als beëindiging in onvoltooide staat. De rechtbank oordeelt dat Takenaka niet aan de vereisten voor een geldige ingebrekestelling heeft voldaan, waardoor de ontbinding niet rechtsgeldig is. Dit leidt tot de conclusie dat Rotan recht heeft op betaling van de aannemingssom, vermeerderd met de kosten van niet-voltooiing, minus de door Rotan bespaarde kosten. De rechtbank wijst de vorderingen van Rotan toe, met uitzondering van de vorderingen van Takenaka in reconventie, die worden afgewezen. De proceskosten worden aan Takenaka opgelegd.