Op 22 december 2021 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de overlevering van een opgeëiste persoon op basis van een Europees aanhoudingsbevel (EAB) dat was uitgevaardigd door de onderzoeksrechter in de Rechtbank van Eerste Aanleg Antwerpen, België. De opgeëiste persoon, geboren in Marokko in 1994, werd verdacht van deelname aan een criminele organisatie en informaticacriminaliteit. De rechtbank heeft de vordering tot overlevering behandeld op een openbare zitting op 8 december 2021, waarbij de officier van justitie, mr. M. Westerman, aanwezig was en de opgeëiste persoon werd bijgestaan door zijn raadsman, mr. J-H.C.L.M. Kuijpers.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de identiteit van de opgeëiste persoon juist is en dat hij zowel de Nederlandse als de Marokkaanse nationaliteit heeft. De rechtbank heeft de garantie van de Belgische autoriteiten geaccepteerd dat de opgeëiste persoon na zijn veroordeling in België zal terugkeren naar Nederland om zijn straf daar uit te zitten. De rechtbank heeft ook de detentieomstandigheden in België beoordeeld en geconcludeerd dat de algemene detentiegarantie voldoende is om het risico op onmenselijke of vernederende behandeling weg te nemen.
Uiteindelijk heeft de rechtbank geoordeeld dat het EAB voldoet aan de eisen van de Overleveringswet (OLW) en dat er geen weigeringsgronden zijn voor de overlevering. De rechtbank heeft de overlevering toegestaan en bevolen dat de in beslag genomen telefoons, een zwarte iPhone 13 en een zilverkleurige Apple S, aan de Belgische autoriteiten worden afgegeven.