Uitspraak
General prosecutor’s office at the Court of Appeal of Bologna(Italië) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
Court of Bolognavan 7 januari 2021 en van een arrest van de
Court of Appeal of Bolognavan 4 mei 2021 waarbij voornoemd vonnis in stand is gelaten. Het arrest is onherroepelijk geworden nadat het cassatieberoep van de Italiaanse raadsman van de opgeëiste persoon niet ontvankelijk werd verklaard bij beslissing van
the Supreme Court of Cassationop 10 februari 2022.
Court of Bolognavan 7 januari 2021 veroordeeld tot een gevangenisstraf van 4 jaren. De opgeëiste persoon was aanwezig bij de zitting in het proces dat tot dit vonnis heeft geleid en was er dus van op de hoogte dat er een strafrechtelijke vervolging tegen hem gaande was. Na de veroordeling is de opgeëiste persoon op 28 januari 2021 gevlucht uit voorlopige hechtenis in de vorm van huisarrest. Door te vluchten heeft de opgeëiste persoon uit eigen beweging afstand gedaan van zijn recht om in persoon te verschijnen bij het proces in hoger beroep. Naar het oordeel van de rechtbank kan daarom in deze situatie worden vastgesteld dat de overlevering geen schending van de verdedigingsrechten van de opgeëiste persoon impliceert.
4.Strafbaarheid
5.Artikel 11 OLW: detentieomstandigheden
6.Slotsom
7.Toepasselijke wetsbepalingen
8.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan de
Court of Appeal of Bologna(Italië) voor het feit zoals dat is omschreven in onderdeel e) van het EAB.