Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
Form A, wordt melding gemaakt van een internationaal bevel tot aanhouding van 18 februari 2022, uitgevaardigd door
the Examining Magistrate at the French-speaking court of first instance of Brussels.
4.Strafbaarheid; feiten vermeld op bijlage 1 bij de OLW
5.Artikel 9 OLW
6.Onschuldverweer
7.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 13 OLW
- het onderzoek is in België aangevangen;
- het bewijs bevindt zich in België;
- de medeverdachten zijn in België aangehouden;
- de medeverdachten worden in België vervolgd;
- de verdovende middelen zijn in België in beslag genomen;
- de verdovende middelen zijn uit containers gehaald in de haven van Antwerpen;
- het openbaar ministerie is niet voornemens om de opgeëiste persoon zelf te vervolgen anders dan al is gebeurd voor de feiten die op 15 april 2021 zijn gepleegd.
8.Artikel 11 OLW; detentieomstandigheden
9.Overige verweren
10.Slotsom
11.Toepasselijke wetsartikelen
12.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan de onderzoeksrechter te Brussel (België) voor de feiten zoals die zijn omschreven in onderdeel e) van het EAB, voor zover die niet zien op de feiten gepleegd op 15 april 2021 in Hendrik-Ido-Ambacht (Nederland);
[opgeëiste persoon]aan de onderzoeksrechter te Brussel (België) voor de feiten gepleegd op 15 april 2021 in Hendrik-Ido-Ambacht (Nederland).