Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- het verzoekschrift van de moeder, ingekomen op 2 juni 2021;
- het verweerschrift tevens zelfstandig verzoek;
- wijziging/vermeerdering verzoeken tevens overlegging producties van de zijde van de vader van 29 april 2022;
- wijziging/vermeerdering verzoeken tevens overlegging producties van de zijde van de vader van 29 april 2022;
- de brief d.d. 10 mei 2022 van de zijde van de vader met bijlagen;
- de email van de Raad van 11 mei 2022 met het raadsrapport als bijlage;
- het F9-formulier d.d. 12 mei 2022 van de zijde van de moeder met bijlagen.
2.De beoordeling van de bodemprocedure (C/13/702780 en C/13/709517)
- in conventie bepaald dat voorlopig, totdat partijen in overleg met het OKT/JBRA afspraken over een uitgebreidere regeling hebben gemaakt of totdat een rechter anders beslist, tussen de vader en [zoon] een zorgregeling zal gelden waarbij hij eenmaal per week onder begeleiding van het OKT omgang met [zoon] mag hebben, op een door het OKT in overleg met de vader te bepalen moment;
- in reconventie de Raad voor de Kinderbescherming gelast onderzoek te verrichten naar de vraag of zo ja welke omgangsregeling tegemoetkomt aan de belangen van [zoon] en daarover een de rechtbank in de bodemprocedure te rapporteren en advies uit te brengen.
.
- indien de minderjarige zijn hoofdverblijf zal hebben bij de vader dat de moeder aan de vader zal betalen een bedrag aan kinderalimentatie ter hoogte van € 350,- per maand;
- en een door de moeder te betalen bijdrage in de kosten van zijn levensonderhoud van € 1.500,- per maand vast te stellen met ingang van de datum van het indienen van het eerst gedane verzoek daartoe op 26 augustus 2021.
- inboedelgoederen;
- de inhoud van de kluis;
- de bankrekeningen;
- de schulden.
pro formaaanhouden tot
25 juli 2022. Binnen die termijn dient eerst de vader binnen drie weken na de mondelinge behandeling zich uit te laten over de verdeling. Vervolgens krijgt de moeder nog drie weken de tijd om hierop te reageren. Ook kunnen partijen van die gelegenheid gebruik maken om met elkaar in overleg te treden. Op 25 juli 2022 zal de rechtbank partijen nader informeren wanneer er een beschikking zal volgen op de verdeling dan wel of een nadere mondelinge behandeling gewenst is.
3.Beoordeling van de voorlopige voorzieningen procedure (C/13/717208)
- in de weekenden met de even weeknummers van vrijdagavond 19.00 uur tot zondagavond 18.00 uur;
- elke maandag, vrijdag en woensdag (in elk geval op drie werkdagen) van 12.00 uur tot 20.00 uur;
- de helft van de reguliere schoolvakanties;
- dan wel een zodanige zorg- en contactregeling als de rechtbank juist acht;
4.De beslissing
pro formawordt voortgezet op
31 oktober 2022, in afwachting van het afronden van het begeleide omgangstraject bij en het resultaat van de hulpverlening ingezet in het kader van de ondertoezichtstelling. De rechtbank verzoekt partijen zich uiterlijk twee weken voor het verstrijken van de pro forma datum schriftelijk uit te laten over de stand van zaken de gewenste voortgang van de procedure en houdt iedere verdere beslissing met betrekking tot de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken aan.
pro formawordt voortgezet op
25 juli 2022, waarbij de vader binnen drie weken na de mondelinge behandeling zich schriftelijk moet uitlaten over de door hem gewenste verdeling en de moeder vervolgens nog drie weken de tijd krijgt hierop schriftelijk te reageren.