Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
gemachtigde mr. M.J.T.M. Verstegen te Roermond.
1.De procedure
Beide partijen hebben producties en een pleitnotitie in het geding gebracht.
Vonnis is bepaald op vandaag.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak, die diende als kort geding, heeft de Vereniging van Eigenaren (VvE) een vordering ingesteld tegen een eigenaar van een appartement, hierna aangeduid als [gedaagde]. De VvE vorderde onder andere om [gedaagde] te gebieden de executie van een eerder vonnis van de kantonrechter te staken, alsook om beslag op te heffen en terugbetaling van geïncasseerde dwangsommen. De achtergrond van de zaak betreft een eerder vonnis van de kantonrechter van 20 mei 2021, waarin de VvE werd veroordeeld tot herstelwerkzaamheden aan het appartement van [gedaagde] vanwege gebrekkige dilatatievoegen, die geluidsoverlast en scheurvorming veroorzaakten. De VvE had tot 22 oktober 2021 dwangsommen verbeurd, omdat zij niet tijdig aan de veroordeling had voldaan.
Tijdens de mondelinge behandeling op 1 juni 2022 heeft de VvE haar vorderingen toegelicht, terwijl [gedaagde] verweer voerde. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de VvE niet voortvarend genoeg heeft gehandeld in het verkrijgen van offertes voor de herstelwerkzaamheden, wat heeft geleid tot verbeurde dwangsommen. De rechter oordeelde dat de VvE niet voldoende had aangetoond dat zij tijdig had voldaan aan de verplichtingen uit het eerdere vonnis, en dat de VvE in de proceskosten werd veroordeeld. De voorzieningenrechter heeft [gedaagde] verboden om de executie van de dwangsommen boven een bedrag van € 17.000,00 voort te zetten.
Het vonnis is uitgesproken op 15 juni 2022 door voorzieningenrechter mr. A.J. Beukenhorst, bijgestaan door griffier mr. M.F. van Grootheest. De VvE is in de proceskosten veroordeeld, en het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.