In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 16 februari 2022 een tussenvonnis gewezen in een geschil tussen een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, aangeduid als [eiseres] B.V., en de naamloze vennootschap Ansvar Verzekeringsmaatschappij N.V. Het geschil betreft de uitleg van de nieuwwaarderegeling in de autoverzekering van [eiseres] en de vraag of [eiseres] recht heeft op een uitkering op basis van deze regeling na een schadegeval. De procedure begon met een dagvaarding op 4 augustus 2021, gevolgd door een conclusie van antwoord en een mondelinge behandeling op 25 januari 2022. De rechtbank heeft vastgesteld dat [eiseres] in juni 2017 een auto heeft aangeschaft en deze heeft verzekerd bij Ansvar. Na een ongeval op 22 maart 2020 heeft [eiseres] schadevergoeding gevorderd, maar Ansvar heeft slechts een deel van de schade vergoed. De rechtbank heeft geoordeeld dat er onduidelijkheid bestaat over de terhandstelling van de polisvoorwaarden aan [eiseres] en dat Ansvar bewijs moet leveren dat de voorwaarden correct zijn overhandigd. De zaak is aangehouden voor bewijslevering door Ansvar.