Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.MR. [eiser] ,
1.De procedure
- het tussenvonnis van 25 augustus 2021 (hierna: het tussenvonnis) en de daarin genoemde stukken,
- het vonnis in incident van 12 januari 2022 en de daarin genoemde stukken,
- de akte van 23 februari 2022 van [eisers] , met producties,
- de beslissing van de rolrechter van 6 april 2022 waarbij akte niet dienen van antwoordakte aan de zijde van [gedaagde] is verleend,
- het proces-verbaal van getuigenverhoor van 6 april 2022, met de daarin genoemde stukken,
- de rolbeslissing van 15 juni 2022 en de daarin genoemde stukken,
- de conclusie na enquête van [eisers] , met producties, ,
- de conclusie na enquête van [gedaagde] .
2.De verdere beoordeling
zie bijlage 1).
bijlage 2). (…) Wij hebben niet geconstateerd of er na deze datum tot 19 februari 2021 nog mutaties zijn geweest die van invloed kunnen zijn op de bewaringspositie.
zie bijlage 1) € 398.816,71. Als bijlage is meegezonden een overzicht van de sub administratie van grootboekrekening 1210 kortlopende zaken (zie
bijlage 3). Het saldo volgens dit grootboekrekeningnummer bedraagt € 291.086,02.
boedels): € 52.845 is verwerkt als schuld inzake de boedel T(…). Volgens de administratie van mr. [gedaagde] bedroeg het saldo ultimo 2013 nihil.
zie bijlage 4: overzicht mutaties Kwaliteitsfonds). Dat bedrag is in mindering gebracht op de bewaringspositie. (…)
U vraagt mij of er door mij een of meerdere saldi anders zijn vastgesteld dan uit de administratie bleek. Ja, daarvoor verwijs ik naar mijn rapport. Dat gaat om de boedel A(…) en de boedel T(…). Die posten bleken niet uit de boekhouding maar die zijn aangepast in overleg met de heer [naam 2] . U vraagt naar de drie dossiers met door b.f.t. geconstateerde tekorten waarvan ik in mijn rapport heb gezegd dat die niet zijn verwerkt in de bewaringspositie. Dat klopt, die verschillen bleken uit het lijstje van bureau financieel toezicht maar die verschillen waren voor mij te onzeker, ik kende de achtergrond daarvan niet en had daar geen onderliggende gegevens van.
U vraagt mij op wat voor gegevens ik mij heb gebaseerd. Wij hebben de boekhouding bijgewerkt vanaf maart 2016 tot en met 31 augustus 2020. Dat hebben wij gedaan op basis van de dagafschriften van A.B.N. Amro van de derdengeldrekening.
(…)”
de boekhouder van [gedaagde] ,toevoeging rechtbank] heeft hierover verklaard dat hij dit heeft uitgevoerd maar dat verdachte dit heeft bepaald om de liquiditeitstekorten op te lossen. De rechtbank is op basis van deze stukken van oordeel dat dit document vals is nu er een onjuist bedrag als banksaldo is opgenomen.
€ 14.463,00(4,5 punt x tarief € 3.214,00)