Uitspraak
1.Procesverloop
door de burgemeester van de gemeente Amsterdam op 1 februari 2023 jegens haar opgelegde
crisismaatregel.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 23 maart 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een crisismaatregel die door de burgemeester van Amsterdam was opgelegd aan verzoeker. De crisismaatregel werd op 1 februari 2023 genomen, waarna verzoeker op 10 februari 2023 beroep instelde. De rechtbank heeft vastgesteld dat de burgemeester niet heeft voldaan aan de hoorplicht zoals voorgeschreven in artikel 7:1 lid 3 sub b van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Verzoeker stelde dat hij niet in de gelegenheid was gesteld om te worden gehoord voordat de crisismaatregel werd genomen. De rechtbank oordeelde dat de GGD, die namens de burgemeester contact had opgenomen, niet duidelijk had gemaakt dat het om een verhoor ging in het kader van de crisismaatregel. Hierdoor kon verzoeker niet ondubbelzinnig afstand doen van zijn recht om gehoord te worden.
De rechtbank concludeerde dat de hoorplicht niet was nageleefd en verklaarde het beroep gegrond. De gemeente Amsterdam werd veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding van €150,00 aan verzoeker. De rechtbank oordeelde dat, hoewel de hoorplicht was geschonden, er geen aanleiding was om een schadevergoeding per dag toe te kennen, aangezien verzoeker later door een rechter was gehoord en de crisismaatregel was verlengd. De beslissing van de rechtbank benadrukt het belang van de hoorplicht in crisissituaties en de zorgvuldigheid die van de burgemeester en de betrokken instanties wordt verwacht.