2.2.In de laatstelijk op 17 augustus 2007 gewijzigde statuten van de vereniging staan in artikel 2 onder 2 de overige doelen van de vereniging beschreven. In lid 2 van dit artikel staat dat de vereniging zijn doel (onder andere) tracht te bereiken door het inrichten en onderhouden van een gebedsruimte. Verder staat in de statuten, voor zover van belang, het volgende:
“(…)
Lidmaatschap
Artikel 4
1. Lid van de vereniging kunnen worden mannelijk Israëlieten, die de leeftijd van achttien (18) jaar hebben bereikt.
2. Leden zijn zij die zich schriftelijk als lid bij het bestuur hebben aangemeld en door het bestuur als lid zijn toegelaten. Het bestuur beslist in hoogste instantie, bij gewone meerderheid van stemmen over de toekenning van het lidmaatschap. In geval van weigering van het lidmaatschap is het bestuur niet verplicht de reden van weigering op te geven.
1. Het lidmaatschap eindigt:
(…)
d. door ontzetting.
(…)
4. Ontzetting uit het lidmaatschap kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging handelt of wanneer het lid de vereniging op onredelijke wijze benadeelt. Zij geschiedt door het bestuur, dat het lid zo spoedig mogelijk van het besluit in kennis stelt, met opgave van de redenen. Het betrokken lid is bevoegd binnen één maand na de ontvangst van de kennisgeving in beroep te gaan bij de algemene ledenvergadering.
Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst. Een geschorst lid heeft geen stemrecht.
(…)
Bestuur
Artikel 8
1. Het bestuur bestaat uit ten minste drie (3), doch telkens een oneven aantal natuurlijke meerderjarige personen, die uit hun midden een voorzitter, secretaris en een penningmeester aanwijzen.
2. De bestuursleden worden door de algemene ledenvergadering benoemd uit de leden van de vereniging. De algemene ledenvergadering stelt het aantal bestuursleden vast.
3. Bestuursleden kunnen te allen tijde onder opgaaf van redenen door de algemene ledenvergadering worden geschorst en ontslagen. De algemene ledenvergadering besluit tot schorsing en ontslag met een meerderheid van twee/derde (2/3de) van de uitgebrachte stemmen.
(…)
5. Jaarlijks treedt één (1) lid van het bestuur af, volgens een door het bestuur op te maken rooster. Een volgens het rooster aftredend bestuurslid is onmiddellijk herbenoembaar.
6. Indien het aantal bestuursleden beneden het in lid 1 vermelde minimum is gedaald, blijft het bestuur niettemin bevoegd. Het bestuur is verplicht zo spoedig mogelijk een algemene ledenvergadering te beleggen, waarin de voorziening in de vacature(s) aan de orde komt.
1. Het bestuur is belast met het besturen van de vereniging.
2. Het bestuur is, met voorafgaande goedkeuring van de algemene ledenvergadering, bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding of bezwaring van registergoederen en tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt.
(…)
Algemene ledenvergaderingen
Artikel 12
1. Een geschorst lid heeft toegang tot de vergadering waarin het besluit tot zijn schorsing wordt behandeld, en is bevoegd daarover dan het woord te voeren.
2. Met uitzondering van een geschorst lid heeft ieder lid één stem in de algemene ledenvergadering. (…)
Statutenwijziging
Artikel 16
(…)
3. Tot wijziging van de statuten kan door de algemene ledenvergadering slechts worden besloten met een meerderheid van ten minste drie/vierde (3/4de) van het aantal uitgebrachte stemmen, in een vergadering waarin tenminste twee/derde (2/3de) van de leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn. (…)
(…)
Ontbinding en vereffening
Artikel 17
1. Het bepaalde in artikel 16 leden 1, 2, 3 en 5 is van overeenkomstige toepassing op een besluit van de algemene ledenvergadering tot ontbinding van de vereniging.
2. Het batig saldo na vereffening wordt besteed overeenkomstig de doelstelling van de vereniging, of zal ten goede komen aan een andere algemeen nut beogende instelling met en doelstelling die zoveel mogelijk beantwoordt aan de doelstellingen van de vereniging, een en ander als door de vereffenaars te bepalen, voor zover hierin niet reeds bij het besluit tot ontbinding is voorzien.
3. De vereffening geschiedt door het bestuur.
(…)”