Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Verloop van de procedure
2.De feiten en het verzoek
Op het verzoek is gereageerd. Het onderzoek is gesloten en ik wil uitspraak doen. De reden tot het niet heropenen had mede te maken met het tijdstip waarop het verzoek was gedaan. Ik wil nu graag uitspraak gaan doen.”
Meent u dit? Ik was al stil en toch vraagt u mij weer mijn mond te houden. Dan dien ik bij deze een wrakingsverzoek in vanwege uw houding. U heeft mij verzocht om stil te zijn en dat was ik. Toch vraagt u mij wederom of ik mijn mond wil houden. U gaat verder, u ontneemt mij het woord. U geeft aan dat u niet tot heropening overgaat deels vanwege het tijdstip van aanleveren, maar dat wordt niet aangegeven in de mail van de rechtbank. U bent uiterst onsympathiek en niet geschikt om de zaak te behandelen of uitspraak te doen.”