Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
Parketnummer: 09/216014-20 (tul)
[veroordeelde] ,
De opgelegde maatregel
De vordering
De procedure ter zitting
- voormeld vonnis;
- een geschrift waaruit blijkt dat de mededeling als bedoeld in artikel 366a van het Wetboek van Strafvordering door de officier van justitie aanstonds na de uitspraak op de terechtzitting aan veroordeelde in persoon is uitgereikt/betekend;
- het advies van GGZ Reclassering Fivoor in Leiden van 13 april 2023, waarin - kort gezegd - wordt geadviseerd om aan veroordeelde de onvoorwaardelijke ISD-maatregel voor de duur van twee jaar op te leggen.
Standpunt van de officier van justitie
Standpunt van en namens veroordeelde
ISD-maatregel op te leggen. Daartoe voert de raadsman aan dat oplegging van een ISD-maatregel een ultimum remedium betreft, en dat nog niet alle andere mogelijkheden geprobeerd zijn. Verdachte werkt mee tijdens klinische behandelingen en heeft aangegeven dat hij ambulante begeleiding wenst. Dat er voor hem geen geschikte plek beschikbaar is, kan hem niet worden aangerekend. De incidenten die hieruit voortkomen, kunnen hem dan ook niet (volledig) worden aangerekend. Derhalve verzoekt de verdediging om afwijzing van de vordering.