Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
bijlage I, die aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.
3.Voorvragen
4.Waardering van het bewijs
goudenspiegel). Ten aanzien van deze spiegel zoals tenlastegelegd onder feit 4 zal verdachte dan ook partieel worden vrijgesproken.
5.Bewezenverklaring
bijlage IIvervatte bewijsmiddelen bewezen dat verdachte
6.De strafbaarheid van de feiten
7.De strafbaarheid van verdachte
8.Motivering van de straffen en maatregelen
9.De vordering van de benadeelde partij en de schadevergoedingsmaatregel
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
6 (zes) maanden.
2 (twee) maanden, van deze gevangenisstraf niet ten uitvoer gelegd zal worden, tenzij later anders wordt bevolen.
2 (twee) jarenvast.
- Verdachte meldt zich op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering Inforsa dat nodig vindt. De reclassering zal contact met betrokkene opnemen voor de eerste afspraak.
- Verdachte werkt mee aan diagnostiek en laat zich behandelen door De Waag of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling start zo spoedig mogelijk. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorgverlener dat nodig vindt.
- Verdachte werkt mee aan een aanmelding in een nader te bepalen begeleid wonen instelling of een andere instelling voor beschermd wonen of maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering. Het verblijf start zodra de diagnostiek is afgerond. Het verblijf duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld. Bij een terugval in middelengebruik of verslechtering van het psychiatrische ziektebeeld kan de reclassering een indicatiestelling aanvragen voor een kortdurende opname voor bijvoorbeeld een crisisbehandeling, detoxificatie, stabilisatie, observatie of diagnostiek. Als de voor indicatie verantwoordelijke instantie een kortdurende opname indiceert, zal verdachte zich, na goedkeuring door de rechter, laten opnemen in een zorginstelling voor zeven weken of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing in forensische zorg, bepaalt in welke zorginstelling de opname plaatsvindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorginstelling dat nodig vindt.
- Verdachte gebruikt geen alcohol, en werkt mee aan urineonderzoek en/of ademonderzoek (blaastest) om dit alcoholverbod te controleren. De reclassering bepaalt met welke controlemiddelen en hoe vaak betrokkene wordt gecontroleerd.
- Verdachte gebruikt geen drugs en werkt mee aan controle op dit verbod. De controle gebeurt met urineonderzoek. De reclassering bepaalt hoe vaak betrokkene wordt gecontroleerd.
- Verdachte heeft of zoekt op geen enkele wijze - direct of indirect - contact met het slachtoffer [persoon 1] , geboren [geboortedag 2] 1995.
- Verdachte spant zich in voor het vinden en behouden van betaald werk, met een vaste structuur.
- Verdachte werkt mee aan het aflossen van zijn schulden en het treffen van afbetalingsregelingen, ook als dit inhoudt meewerken aan schuldhulpverlening in het kader van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen. Verdachte geeft de reclassering inzicht in zijn financiën en schulden.
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, daaronder begrepen de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht.
dadelijk uitvoerbaar zijnop grond van artikel 14e van het Wetboek van Strafrecht.