Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[eiser 1] ,
[eiser 2],
1.De procedure
- de dagvaarding van 15 februari 2022 met producties,
- de conclusie van antwoord,
- het tussenvonnis van 1 juni 2022 waarbij een mondelinge behandeling is bepaald,
- het proces-verbaal van mondelinge behandeling, tevens getuigenverhoor van 28 november 2022 en de daarin vermelde stukken.
2.De vaststaande feiten
“(…) [naam 1] gaat akkoord (…)”.
3.Het geschil
4.De beoordeling
Haviltex-arrest. [3] In de kern komt het standpunt van [eisers] dat erop neer dat [gedaagde] geen beroep kan doen op het ontbreken van haar wil, omdat [eisers] gerechtvaardigd op het bestaan van [gedaagde] ’ wil mocht vertrouwen.