ECLI:NL:RBAMS:2023:6689

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
8 augustus 2023
Publicatiedatum
25 oktober 2023
Zaaknummer
1312369323
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Nietigheid van de dagvaarding wegens niet-naleving van wettelijke betekeningseisen

Op 8 augustus 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam, in een meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, uitspraak gedaan in een zaak waarbij de geldigheid van de dagvaarding ter discussie stond. De verdachte, geboren in 1978 en niet als ingezetene ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP), was niet verschenen op de terechtzitting. Tijdens het onderzoek ter terechtzitting werd vastgesteld dat de dagvaarding niet op de bij de wet voorgeschreven wijze was betekend. Dit leidde tot de conclusie dat de dagvaarding nietig verklaard diende te worden.

De rechtbank heeft in haar vonnis benadrukt dat de geldigheid van de dagvaarding essentieel is voor een rechtmatige procesgang. Aangezien de verdachte niet op de zitting aanwezig was en de dagvaarding niet correct was betekend, kon de rechtbank niet anders dan de dagvaarding nietig verklaren. De beslissing werd genomen op basis van de wettelijke vereisten voor de betekening van dagvaardingen, die strikt nageleefd moeten worden om de rechten van de verdachte te waarborgen.

De uitspraak werd gedaan door voorzitter mr. M.C.M. Hamer, samen met mrs. I. Timmermans en A.L. op ‘t Hoog als rechters, en mr. L. Bergsma als griffier. De rechtbank heeft de nietigheid van de dagvaarding als volgt geformuleerd: "verklaart de dagvaarding nietig". Deze uitspraak onderstreept het belang van correcte juridische procedures in het strafrecht.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling Publiekrecht
Teams Strafrecht
Parketnummer: 13/123693-23
Datum uitspraak (mondeling): 8 augustus 2023
Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:
[verdachte] ,
geboren op [geboortedag] 1978 te [geboorteplaats] ( [land van herkomst] ),
niet als ingezetene ingeschreven in de BRP,
met als opgegeven verblijfadres in Nederland:
[adres] .

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 8 augustus 2023.

2.Geldigheid van de dagvaarding

Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding niet op de bij de wet voorgeschreven wijze is betekend, zodat die dagvaarding, nu verdachte niet op de terechtzitting is verschenen, nietig verklaard dient te worden.

3.Beslissing

De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing:
- verklaart de dagvaarding nietig.
Dit vonnis is gewezen door
mr. M.C.M. Hamer, voorzitter,
mrs. I. Timmermans en A.L. op ‘t Hoog, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. L. Bergsma, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 8 augustus 2023.