ECLI:NL:RBAMS:2024:2346
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroepen wegens overlijden eiser zonder erfgenamen
In deze uitspraak van de Rechtbank Amsterdam, gedateerd 26 april 2024, zijn de beroepen van eiser tegen de afwijzing van zijn verzoeken tot inzage in de verwerking van zijn persoonsgegevens beoordeeld. Eiser, die in Amsterdam woonde, had zijn verzoeken tot inzage ingediend, maar deze waren door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid geweigerd in twee primaire besluiten, respectievelijk op 5 augustus 2019 en 23 oktober 2019. De rechtbank heeft de zaken gevoegd behandeld, maar na de indiening van de beroepen is eiser overleden in januari 2023. Er is geen informatie ontvangen over erfgenamen die de procedure zouden willen voortzetten.
De rechtbank heeft vastgesteld dat, ondanks een aankondiging in de Staatscourant, er geen belanghebbenden zijn opgekomen om als partij aan het geding deel te nemen. Hierdoor is het processuele belang van de beoordeling van de beroepen komen te vervallen. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de beroepen niet-ontvankelijk zijn, wat betekent dat er geen inhoudelijke beoordeling van de zaak plaatsvond. De rechtbank heeft ook geen aanleiding gezien om proceskosten te veroordelen of griffierechten te vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.