ECLI:NL:RBAMS:2024:294

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
18 januari 2024
Publicatiedatum
22 januari 2024
Zaaknummer
10677070 / CV EXPL 23-11856
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Proces-verbaal
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing vorderingen Huurflex B.V. tegen N. Pronk & ZN. Beheer O/G B.V. inzake huurcontract en courtage

Op 18 januari 2024 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in de zaak tussen Huurflex B.V. en N. Pronk & ZN. Beheer O/G B.V. Huurflex, vertegenwoordigd door mr. E.C.Y. Cheung, vorderde betaling van € 16.045,57 van Pronk, die werd vertegenwoordigd door mr. J. Groenewoud. De vordering was gebaseerd op een bepaling in een overeenkomst tussen partijen, waarin stond dat tijdelijke huurders een verzoek tot reguliere huur bij Huurflex konden indienen, waarna Huurflex recht had op een courtage van Pronk. Pronk betwistte echter dat de tijdelijk huurder zelf het initiatief had genomen voor de reguliere huurovereenkomst, en stelde dat haar makelaars de huurder hadden benaderd. De rechtbank oordeelde dat artikel 5.11 van de overeenkomst niet van toepassing was, wat leidde tot afwijzing van de vorderingen van Huurflex. De rechter oordeelde dat Huurflex de proceskosten van Pronk moest vergoeden, begroot op € 924,00, en verklaarde deze kosten uitvoerbaar bij voorraad. De uitspraak werd gedaan in het kader van een mondelinge behandeling, waarbij de rechter en griffier het proces-verbaal ondertekenden.

Uitspraak

proces-verbaal

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rolnummer: 10677070 / CV EXPL 23-11856
Proces-verbaal van mondelinge uitspraak, gehouden op 18 januari 2024
in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
HUURFLEX B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
eiseres,
gemachtigde: mr. E.C.Y. Cheung,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
N. PRONK & ZN. BEHEER O/G B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde,
gemachtigde: mr. J. Groenewoud.
Partijen worden hierna Huurflex en Pronk genoemd.
De zitting wordt gehouden in het gebouw van deze rechtbank ingevolge het vonnis van de kantonrechter van 16 november 2023.
Aanwezig zijn mr. R.H.C. Jongeneel, kantonrechter, en mr. L.J.P.C. Silven, griffier.
Na uitroeping van de zaak verschijnen:
- de [naam 1] , algemeen directeur van Huurflex,
- de heer [naam 2] , gemachtigde van Huurflex;
- de heer [naam 3] , bestuurder van Pronk,
- mr. Groenewoud, voornoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 17 augustus 2023, met producties,
- de conclusie van antwoord, met producties,
- het tussenvonnis van 16 november 2023 waarin de mondelinge behandeling is bepaald,
- de op 11 januari 2024 binnengekomen productie van Huurflex.
1.2.
In deze zaak heeft vandaag een mondelinge behandeling plaatsgevonden. In aanvulling op wat partijen in de processtukken hebben verklaard, hebben zij tijdens de mondelinge behandeling hun standpunten nader toegelicht. Mr. Groenewoud heeft spreekaantekeningen overgelegd en deze voorgedragen. De voorgedragen spreekaantekeningen behoren tot het dossier.
1.3.
De griffier heeft tijdens de mondelinge behandeling aantekeningen gemaakt die zich in het dossier bevinden.
1.4.
De behandeling van de zaak is gesloten en vervolgens is mondeling uitspraak gedaan. Daarvan is – op grond van artikel 30p lid 3 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering – dit proces-verbaal opgemaakt.
1.5.
De rechter doet de volgende uitspraak.

2.De beoordeling

2.1.
Pronk treedt op als beheerder namens eigenaren van panden in Amsterdam en omgeving. Zij heeft onder meer het pand aan de [locatie] (hierna: het pand) in beheer. Pronk heeft met Huurflex een overeenkomst (hierna: de overeenkomst) gesloten, op basis waarvan Huurflex voor Pronk heeft bemiddeld bij het tot stand komen van een overeenkomst tot tijdelijke (ver)huur van het pand.
2.2.
Artikel 5.11 van de overeenkomst bepaalt – samengevat – dat geplaatste tijdelijke huurders op eigen initiatief een verzoek tot reguliere huur bij Huurflex kunnen doen en dat – in het geval een reguliere huurovereenkomst tot stand komt – Huurflex een courtage bij Pronk in rekening kan brengen van 10% op basis van een jaarcontract oplopend tot 16% op basis van een vijfjaarcontract.
2.3.
In deze procedure vordert Huurflex – samengevat – dat de kantonrechter Pronk bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis veroordeelt tot betaling van € 16.045,57, vermeerderd met rente en kosten. Huurflex beroept zich daartoe op artikel 5.11 van de overeenkomst en heeft toegelicht dat de tijdelijk huurder van het pand een reguliere huurovereenkomst met Pronk heeft gesloten.
2.4.
Pronk betwist dat de tijdelijk huurder zelf het initiatief heeft genomen om een reguliere huurovereenkomst met haar te sluiten. Pronk stelt dat haar makelaars de tijdelijk huurder benaderd hebben om een reguliere huurovereenkomst met haar te sluiten. Huurflex stelt daartegenover dat dit kennelijk is gebeurd ter gelegenheid van een bezichtiging. Ook als daarvan uit wordt gegaan, is het niet zo dat deze gang van zaken kan gelden als een initiatief van de kant van de tijdelijk huurder. Dat betekent dat artikel 5.11 van de overeenkomst in deze zaak niet van toepassing is. Dit leidt tot afwijzing van de vorderingen.
2.5.
De vraag of artikel 5.11 al dan niet onredelijk bezwarend is, behoeft dus niet te worden beantwoord.
2.6.
Huurflex krijgt dus ongelijk en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) van Pronk betalen. De proceskosten worden begroot op:
- salaris gemachtigde: € 792,00 (2,0 punten x tarief: € 396,00)
- nakosten:
€ 132,00
- totaal: € 924,00
2.7.
De proceskostenveroordeling wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Dit betekent dat de proceskostenveroordeling ook moet worden uitgevoerd als tegen dit vonnis hoger beroep wordt ingesteld.

3.De beslissing

De kantonrechter
3.1.
wijst de vorderingen af,
3.2.
veroordeelt Huurflex in de proceskosten van € 924,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe. Als Huurflex niet tijdig aan de veroordeling voldoet en het vonnis daarna wordt betekend, dan moet Huurflex ook de kosten van betekening betalen.
3.3.
verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal, dat door de rechter en de griffier is vastgesteld en ondertekend.