Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
the Regional Court in Radom, Polen (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
the European Committee for the Prevention of Torture and Inhuman or Degrading Treatment or Punishment (CPT)
.
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Tussenuitspraak 6 maart 2024
4.Artikel 11 OLW; detentieomstandigheden (heropening)
remand regimein Białystok en dat het onwaarschijnlijk is dat de opgeëiste persoon daar zal worden gedetineerd. Subsidiair heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat de zaak moet worden aangehouden om nadere informatie op te vragen.
remand regimevoor te komen en niet alleen in de door het CPT bezochte Huizen van Bewaring. Naar aanleiding hiervan zijn er over de punten van zorg vragen gesteld aan de Poolse autoriteiten.
Arrondissementsrechtbank te Radom niet toegepast; eventuele eerdere beperkingen van het aantal bezoeken vonden alleen plaats vanwege het toenmalige epidemiologische risico van COVID-19, dat zich momenteel niet meer voordoet;
remand regime, weg te nemen. Daarbij blijkt uit de antwoorden ook niet hoeveel m2 levensruimte (exclusief sanitair) een voorlopig gehechte in een meerpersoonscel heeft.
remand regimegelden, de reactie die de Poolse autoriteiten gegeven hebben op de bevindingen in het CPT-rapport en het feit dat de voormelde zorgen met de gegeven antwoorden niet zijn weggenomen, concludeert de rechtbank dat sprake is van een algemeen reëel gevaar van schending van de grondrechten van gedetineerden die in het
remand regimein Polen terechtkomen.
remand regime, kan op zichzelf niet tot weigering van de overlevering leiden. Het enkele bestaan van gegevens die duiden op gebreken in dit regime, impliceert immers niet noodzakelijkerwijs dat, in een concreet geval, de grondrechten van de opgeëiste persoon bij overlevering zullen worden geschonden.
remand regimevan de uitvaardigende lidstaat waar hij zal worden gedetineerd.
remand regimeis aangenomen, dit gevaar – al dan niet met een individuele detentiegarantie - voor de opgeëiste persoon kan worden weggenomen. Voor zover de uitvaardigende justitiële autoriteit meent dat het algemeen gevaar voor de opgeëiste persoon binnen het
remand regimekan worden weggenomen, dan wenst de rechtbank in het bijzonder het volgende over het Huis van Bewaring, waar de opgeëiste persoon naar alle waarschijnlijkheid zal worden gedetineerd, te vernemen: