Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 14 juni 2024 in de zaak tussen
[eiseres] , uit Amsterdam, eiseres
Inleiding
Feiten en omstandigheden
10 mei 2021 heeft verweerder aan eiseres een voorschot van € 1.312,- aan eiseres verstrekt voor deze periode.
28 februari 2023 heeft verweerder eiseres nogmaals herinneringen gestuurd om de definitieve aanvraag voor die periodes in te dienen en de termijn om dat alsnog te doen uit coulance verlengd tot en met 19 april 2023.
Beoordeling door de rechtbank
18 februari 2021 en 10 mei 2021 heeft verweerder eiseres er namelijk al op gewezen dat zij voor de definitieve berekening van het bedrag opnieuw een aanvraag zou moeten indienen. Eiseres had, gelet daarop, dus kunnen en moeten weten dat zij een definitieve aanvraag voor de subsidie had moeten indienen. Bovendien had eiseres na het overdragen van haar onderneming haar nieuwe adres aan verweerder kunnen doorgeven, zodat verweerder de herinneringsbrieven naar het juiste adres had kunnen sturen. Dat eiseres dit niet gedaan heeft, komt voor haar rekening en risico.
Conclusie
Beslissing
mr.I.G.A. Karregat, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 14 juni 2024.