Uitspraak
uitspraak van de voorzieningenrechter van 14 oktober 2024 in de zaak tussen
[verzoeker] uit Amsterdam, verzoeker
de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de minister
30 september 2024 op zitting behandeld. Verzoeker is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Ook aanwezig waren [betrokkene] van Bouwbedrijf Leda BV, de aannemer van verzoeker, en [betrokkene 2] en [betrokkene 3] , de architect en projectleider van verzoeker. De minister heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigden.
Beoordeling door de voorzieningenrechter
Spoedeisend belang
€ 259.000,- dat niet op een andere manier kan worden overbrugd. Daardoor kan verzoeker zijn betalingsverplichtingen jegens de aannemer en andere leveranciers niet nakomen en dreigt, gezien de financiële verplichtingen die verzoeker is aangegaan en de noodzaak om het bouwproces niet te onderbreken, een financiële en operationele noodsituatie te ontstaan. De minister heeft zich op het standpunt gesteld dat geen sprake is van een spoedeisend belang, omdat verzoeker zelf heeft verzocht om uitstel van de termijn om de nadere gronden van bezwaar in te dienen.
Het bestreden besluit
We kunnen u vooraf adviseren over welke mogelijke werkzaamheden voor subsidie in aanmerking komen. Hiervoor kunt u contact opnemen met onze medewerkers van de InfoDesk.” en ”
Weet u al exact welke werkzaamheden u laat uitvoeren en wilt u inzicht in de kosten? Dan kan de RCE u vooraf vertellen welke werkzaamheden subsidiabel zijn volgens de Leidraad subsidiabele instandhoudingskosten. Hiervoor is in elk geval een overzicht van de voorgenomen werkzaamheden nodig en een inspectierapport.”.
Ik heb de begroting doorgenomen en ik zie nagenoeg alleen maar subsidiabele werkzaamheden, ook de extra transportkosten die benodigd zijn voor de instandhoudingswerkzaamheden kunnen rekenen op subsidie. De (transport)kosten die hierbuiten vallen zijn die voor de nieuwe lewisplaten (H42), verwarmingsplaten (H42), niet-monumentale scheidingswanden (H44), voorzetwanden (H44) en niet-monumentaal aftimmerwerk (H45). Deze STABU-hoofdstukken zouden bij de officiële aanvraag als niet- subsidiabel kunnen worden aangemerkt.
e-mail van 19 december 2023. Gelet op het voorbehoud in deze e-mail heeft hij er naar eigen zeggen rekening mee gehouden dat de definitieve subsidie mogelijk zo’n 5% zou afwijken. Hij heeft er echter geen rekening mee gehouden dat de definitieve subsidie zo’n 65% lager zou uitvallen en meent dat hij hiermee ook geen rekening kon en hoefde te houden.
€ 259.000.-. Indien blijkt dat verzoeker recht heeft op een lager bedrag aan subsidie zal hij (een gedeelte van) dit bedrag aan de minister moeten terugbetalen.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- wijst het verzoek om voorlopige voorziening toe en treft de voorlopige voorziening dat de minister een voorschot van € 259.000,- aan verzoeker moet betalen;
- draagt de minister op het betaalde griffierecht van € 187,- aan verzoeker te vergoeden;
- veroordeelt de minister tot betaling van € 1.750,- aan proceskosten aan verzoeker.