Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
[gedaagde 2],
1.De procedure
2.De beoordeling
178,00
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam op 1 mei 2024 een vonnis gewezen in kort geding. Eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. M.J. Elkhuizen, heeft op 22 april 2024 een dagvaarding uitgebracht tegen de gedaagde partij, Rivendale B.V., die niet is verschenen op de zitting van 30 april 2024. De voorzieningenrechter heeft verstek verleend tegen de gedaagden. Eiser heeft verzocht om een vonnis te wijzen, waarbij het gevorderde door de voorzieningenrechter niet onrechtmatig of ongegrond werd bevonden. De voorzieningenrechter heeft de gedaagden hoofdelijk veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 1.000.000,00 aan eiser, alsook een aanvullend bedrag van € 100.000,00 door Rivendale B.V. Daarnaast zijn de gedaagden veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op € 3.470,94, met een toevoeging van € 92,00 en eventuele kosten van betekening. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. I.H.J. Konings, bijgestaan door griffier mr. L. Oostinga.