Uitspraak
RECHTBANK Amsterdam
1.[gedaagde 1] ,
2.
[gedaagde 2],
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
€ 178,00(plus de kosten zoals vermeld in de beslissing)
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 18 september 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen de besloten vennootschap BEA VASTGOED B.V. (hierna: Bea) en twee gedaagden, [gedaagde 1] en [gedaagde 2]. Bea had op 27 december 2018 een koopovereenkomst gesloten met [gedaagde 1] voor een perceel grond met daarop een pand, dat door Bea werd verhuurd aan cliënten van Bea Zorg. Na de aankoop bleek het pand niet te voldoen aan de vereiste vergunningen en het bouwbesluit, wat leidde tot een onrechtmatige huursituatie en een bestuurlijke boete van de Gemeente Amsterdam. Bea vorderde schadevergoeding van [gedaagde 1] op grond van non-conformiteit, omdat het pand niet voldeed aan de verwachtingen die zij op basis van de koopovereenkomst mocht hebben. De rechtbank oordeelde dat het pand inderdaad non-conform was, omdat het zonder de vereiste vergunningen was verbouwd en niet voldeed aan de bouwtechnische eisen. De rechtbank wees de vorderingen van Bea grotendeels toe, met uitzondering van enkele schadeposten die niet voor vergoeding in aanmerking kwamen. De rechtbank verklaarde de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad en veroordeelde [gedaagde 1] tot betaling van € 90.207,18 aan Bea, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten.