ECLI:NL:RBAMS:2025:2078
Rechtbank Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Ontkenning vaderschap en behoud geslachtsnaam in het kader van Iers recht
Op 1 april 2025 heeft de Rechtbank Amsterdam een beschikking gegeven in de zaak van een verzoeker die de ontkenning van zijn vaderschap ten aanzien van zijn juridische vader verzocht. De verzoeker, geboren in Ierland, stelde dat zijn biologische vader de heer [naam 1] is, en niet zijn juridische vader, [naam 2]. De rechtbank heeft kennisgenomen van de feiten, waaronder de scheiding van de ouders van de verzoeker en de resultaten van DNA-onderzoek dat bevestigde dat de heer [naam 1] de biologische vader is. De rechtbank concludeerde dat het Ierse recht van toepassing is op het verzoek, aangezien de verzoeker in Ierland is geboren en daar zijn gewone verblijfplaats had.
De rechtbank heeft het verzoek tot ontkenning van het vaderschap gegrond verklaard, maar de verzoeker wenste zijn geslachtsnaam, die hij zijn hele leven heeft gedragen, te behouden. De rechtbank overwoog dat het naamrecht onder de bescherming van artikel 8 van het EVRM valt, wat betekent dat inmenging door het openbaar gezag alleen is toegestaan als dit noodzakelijk is ter bescherming van andere belangen. De rechtbank oordeelde dat de verzoeker een rechtens te respecteren belang heeft om zijn geslachtsnaam te behouden, aangezien deze naam een wezenlijk onderdeel van zijn identiteit is. Daarom werd besloten dat de verzoeker de geslachtsnaam [geslachtsnaam jur. vader] zal blijven dragen, ondanks de ontkenning van het vaderschap.