ECLI:NL:RBAMS:2025:2687

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
17 april 2025
Publicatiedatum
25 april 2025
Zaaknummer
11479613 / CV EXPL 25-305
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Tussenuitspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenuitspraak in vrijwaringsincident tussen Heineken Nederland B.V. en gedaagden

In deze zaak, die voor de Rechtbank Amsterdam is behandeld, heeft Heineken Nederland B.V. een vrijwaringsverzoek ingediend tegen [gedaagde 1] B.V. en [gedaagde 2]. De procedure betreft een geldlening die Heineken aan [gedaagde 1] heeft verstrekt, waarbij [gedaagde 2] zich hoofdelijk aansprakelijk heeft gesteld. Heineken vordert betaling van een deel van het geleende bedrag in de hoofdzaak. In het incident heeft [gedaagde 2] toestemming gevraagd om [gedaagde 1] in vrijwaring op te roepen. Heineken heeft zich aan het oordeel van de kantonrechter gerefereerd. De kantonrechter heeft geoordeeld dat [gedaagde 2] voldoet aan de voorwaarden voor het toewijzen van het verzoek tot vrijwaring en heeft toestemming verleend om [gedaagde 1] in vrijwaring op te roepen. De beslissing over de proceskosten is aangehouden. De uitspraak is gedaan op 17 april 2025 door kantonrechter M. Wouters, bijgestaan door griffier Z.A. Mees.

Uitspraak

RECHTBANKAMSTERDAM
Civiel recht
Kantonrechter
Zaaknummer: 11479613 \ CV EXPL 25-305
Vonnis in incident van 17 april 2025
in de zaak van
HEINEKEN NEDERLAND B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident,
gemachtigde: Bosveld Incasso en Gerechtsdeurwaarders,
tegen

1.[gedaagde 1] B.V.,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,
gedaagde in de hoofdzaak, niet verschenen,
2.
[gedaagde 2],
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde in de hoofdzaak, eiser in het incident,
gemachtigde: mr. P.J. Bos.
Partijen worden hierna Heineken, [gedaagde 1] en [gedaagde 2] genoemd.

1.De procedure in de hoofdzaak en in het incident

1.1.
Partijen hebben de volgende processtukken ingediend:
- de dagvaarding van 3 december 2024 met producties,
- de incidentele conclusie tot vrijwaring van [gedaagde 2] ,
- de incidentele conclusie van antwoord van Heineken.
1.2.
Ten slotte doet de kantonrechter vandaag uitspraak in het incident.

2.De beoordeling in het incident

2.1.
[gedaagde 1] is een klant van Heineken. [gedaagde 2] is enig aandeelhouder en algemeen directeur van [gedaagde 1] en heeft zich hoofdelijk aansprakelijk gesteld voor de onderhavige geldlening van Heineken aan [gedaagde 1] . In de hoofdzaak vordert Heineken betaling van een deel van dit geleende bedrag.
2.2.
[gedaagde 2] vordert in het incident toestemming bij vonnis om [gedaagde 1] in vrijwaring op te roepen.
2.3.
Heineken refereert zich aan het oordeel van de kantonrechter in het incident.
2.4.
[gedaagde 2] heeft voldaan aan de voorwaarden waaronder een verzoek tot vrijwaring kan worden toegewezen (artikel 210 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering). De kantonrechter zal daarom [gedaagde 2] toestaan om [gedaagde 1] in vrijwaring op te roepen.
2.5.
Aangezien [gedaagde 1] tevens gedaagde is in de hoofdzaak, maar niet verschenen is, beslist de kantonrechter dat de vrijwaringszaak het verdere verloop van de hoofdzaak niet zal ophouden.
2.6.
De beslissing over de proceskosten wordt aangehouden.

3.De beslissing

De kantonrechter
in het incident
3.1.
verleent [gedaagde 2] toestemming om [gedaagde 1] in vrijwaring op te roepen tegen de rol van
donderdag 15 mei 2025,
3.2.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
3.3.
houdt de beslissing over de proceskosten in het incident aan,
in de hoofdzaak
3.4.
verwijst de zaak naar de rol van
donderdag 15 mei 2025voor conclusie van antwoord.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Wouters, kantonrechter, bijgestaan door mr. Z.A. Mees, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 17 april 2025.