ECLI:NL:RBAMS:2025:2949
Rechtbank Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Klaagschrift teruggave inbeslaggenomen geldbedrag in strafzaak
Op 15 april 2025 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak waarin een klaagschrift is ingediend op grond van artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering (Sv). De klager, vertegenwoordigd door advocaat mr. K. Canatan, had een geldbedrag van € 68.890,- in beslag genomen gekregen op 27 juni 2023 in Duitsland, op verzoek van het Openbaar Ministerie in Nederland in het kader van een onderzoek genaamd Hartwell. Het klaagschrift werd op 28 september 2023 ingediend en de behandeling vond plaats in raadkamer op verschillende data, waarbij de klager niet aanwezig was.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het Openbaar Ministerie zich niet verzet tegen de teruggave van het inbeslaggenomen geldbedrag. De officier van justitie had op 8 april 2025 aan klager medegedeeld dat hij niet verder zou worden vervolgd en dat het geld teruggegeven mocht worden, maar de teruggave was nog niet uitgevoerd. De rechtbank heeft geoordeeld dat er geen strafvorderlijk belang meer is dat het voortduren van het beslag vordert en heeft het beklag gegrond verklaard. De rechtbank gelastte de teruggave van het geldbedrag aan de klager, aangezien er geen andere rechthebbende was aangetoond.
De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat beroep in cassatie open voor het Openbaar Ministerie binnen veertien dagen na de uitspraak.