Uitspraak
RECHTBANK Amsterdam
CELANESE EUROPE B.V.,
2.
CELANESE CORPORATION,
CELANESE SERVICES GERMANY GMBH,
CLARIANT AG,
5.
CLARIANT INTERNATIONAL AG,
ORBIA ADVANCE CORPORATION, S.A.B. DE C.V.,
VESTOLIT GMBH,
WESTLAKE CORPORATION,
WESTLAKE GERMANY GMBH & CO. KG,
WESTLAKE VINNOLIT GMBH & CO. KG,
WESTLAKE VINNOLIT HOLDINGS GMBH,
1.De procedure
2.De zaak en de procesvoering tot nu toe in het kort
confidentiality ring) toegang zou krijgen. Over de Dataroom Damages Calculation zijn tijdens de regiezitting van 12 februari 2024 afspraken gemaakt, die zijn vastgelegd in het proces-verbaal van die regiezitting. SCE heeft aan de aan gedaagden verbonden personen die tot de
confidentiality ringbehoren toegang gegeven tot een groot aantal bestanden.
confidentiality ringen de (toegang tot de) Dataroom Damages Calculation.
confidentiality ringen de (toegang tot de) Dataroom Damages Calculation.
3.De feiten voor zover van belang voor het 843a-incident
Case AT.40410-Ethylene) heeft de Europese Commissie één enkele en voortdurende inbreuk op artikel 101 VWEU [1] vastgesteld door in totaal elf partijen, te weten alle gedaagden (hierna: het EC-besluit). De inbreuk bestond – samengevat – uit bilaterale informatie-uitwisselingen die tot doel hadden het neerwaarts beïnvloeden van de Monthly Contract Price, een referentieprijs die in bepaalde ethyleenleveringsovereenkomsten één van de variabelen vormt van de prijsformule voor het vaststellen van de prijs van ethyleen en ethyleenderivaten (hierna: de inbreuk). In het EC-besluit is vastgesteld dat de inbreuk heeft plaatsgevonden tussen 26 december 2011 en 29 maart 2017 (hierna: de inbreukperiode). Alle gedaagden zijn geadresseerden van het EC-besluit.
4.Het geschil in de hoofdzaak
5.Het geschil in het 843a-incident
confidentiality ringwaar enkel de advocaten van Vestolit en haar externe deskundigen toegang toe hebben.
6.De beoordeling
fishing expeditions,stelt artikel 843a (oud) Rv het inzagerecht afhankelijk van een aantal cumulatieve vereisten. In dit artikel is bepaald dat degene die daarbij rechtmatig belang heeft, afschrift kan vorderen van bepaalde bescheiden aangaande een rechtsbetrekking waarbij hij of zijn rechtsvoorgangers partij zijn, van degene die deze bescheiden tot zijn beschikking of onder zijn berusting heeft. Ook als aan deze vereisten is voldaan, is de vordering niet steeds toewijsbaar. Een vordering tot inzage, afschrift of uittreksel van bescheiden dient te worden afgewezen indien gewichtige redenen aan toewijzing in de weg staan of redelijkerwijs kan worden aangenomen dat een behoorlijke rechtsbedeling ook zonder verschaffing van de gevraagde gegevens is gewaarborgd.
underchargeten opzichte van de Noordoost-Aziatische markt. Tegen die achtergrond ligt het vooralsnog niet voor de hand dat Vestolit – voor haar verweer in de hoofdzaak – een vergelijking moet maken tussen behaalde marges op de verkoop van ethyleen. Anders dan dat zij de gegevens wil meenemen in haar eigen econometrische analyse heeft Vestolit ook niet concreet toegelicht waarom zij de margegegevens nodig heeft voor haar verweer in de hoofdzaak. Op dit moment ligt het evenmin voor de hand dat Vestolit – voor haar verweer in de hoofdzaak – de op verschillende ethyleenmarkten door verschillende ethyleenleveranciers op de verkoop van ethyleen behaalde marges met elkaar vergelijkt, ook al omdat niet zonder meer kan worden aangenomen dat de daarvoor benodigde margegevens van die ethyleenleveranciers voor haar beschikbaar zullen zijn. In zoverre ontbreekt dus vooralsnog een rechtmatig belang van Vestolit bij deze vordering.
alle correspondentiealthans
alle documentenover een periode van ruim negen jaar met betrekking tot onder meer i) de (afzonderlijke) winstmarges van SCE op de productie en verkoop van ethyleen op de Noordwest-Europese ethyleenhandelsmarkt, ii) de kosten voor de inkoop van nafta, iii) de kosten voor nutsvoorzieningen en de aankoop van grondstoffen, iv) de prijsstelling van ethyleen, v) de
swap agreementsdie SCE en andere ethyleenleveranciers hebben gesloten en vi) de deelname van SCE aan brancheorganisaties. Vestolit heeft in dit verband toegelicht dat onder voornoemde
correspondentiein ieder geval wordt verstaan brieven, e-mails en WhatsApp- en sms-berichten en dat onder voornoemde
documentenonder meer moet worden verstaan memoranda, notities, presentaties, analyses alsook facturen en overzichten (zie bijlage I bij dit vonnis). Naar het oordeel van de rechtbank is deze beschrijving van de bescheiden te alomvattend om in dit geval te kunnen spreken van
bepaalde bescheidenzoals bedoeld in artikel 843a (oud) Rv. De vordering van Vestolit tot afschrift van bescheiden heeft te zeer het karakter van een
fishing expedition, waarvoor artikel 843a (oud) Rv geen ruimte biedt.
€ 178,00(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
7.De verdere procesvoering in de hoofdzaak
27 augustus 2025staat voor het indienen van de conclusies van antwoord in de hoofdzaak. Die rolverwijzing blijft gelet op de uitspraak in dit incident ongewijzigd.
8.De beslissing
27 augustus 2025voor de conclusies van antwoord van alle gedaagden,
Relevante Periode”), waarmee de voor de vorderingen van SCE mogelijk relevante periode in ieder geval is gedekt;
swap agreementsdie SCE en andere Leveranciers met betrekking tot ethyleen hebben gesloten in de Relevante Periode;
swap agreementsmet betrekking tot ethyleen in de Relevante Periode.