ECLI:NL:RBAMS:2025:3066

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
29 april 2025
Publicatiedatum
9 mei 2025
Zaaknummer
11422434 \ CV EXPL 24-15128
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot ontbinding en ontruiming wegens huurachterstand; toegewezen

In deze zaak heeft GS Netherlands AMC C.V. een vordering ingediend tegen een gedaagde wegens huurachterstand. De huurovereenkomst, die op 1 juli 2021 inging, verplichtte de gedaagde om een maandelijkse huurprijs van € 1.225,18 te betalen. Door persoonlijke omstandigheden, waaronder de ziekte van zijn moeder, is de gedaagde in financiële problemen geraakt en heeft hij een huurachterstand opgebouwd van € 9.783,67 tot en met maart 2025. GS Netherlands heeft daarop ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning gevorderd. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huurachterstand niet betwist wordt door de gedaagde en dat deze tekortkoming in de betalingsverplichting de ontbinding van de huurovereenkomst rechtvaardigt. De kantonrechter heeft de vordering tot ontbinding en ontruiming toegewezen, met een ontruimingstermijn van veertien dagen na betekening van het vonnis. Daarnaast is de gedaagde veroordeeld tot betaling van de achterstallige huur en de proceskosten. Het vonnis is uitgesproken op 29 april 2025 door kantonrechter M.V. Ulrici, in aanwezigheid van griffier D.C. Vink.

Uitspraak

RECHTBANKAMSTERDAM
Civiel recht - Kantonrechter
Zaaknummer: 11422434 \ CV EXPL 24-15128
Vonnis van 29 april 2025
in de zaak van
GS NETHERLANDS AMC C.V.,
gevestigd te 's-Gravenhage,
eiseres,
hierna te noemen: GS Netherlands,
gemachtigde: Armaere Incassospecialisten & Gerechtsdeurwaarders,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde,
hierna te noemen: [gedaagde] ,
procederend in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 14 november 2024, met producties
- de conclusie van antwoord
- het tussenvonnis van 14 januari 2025
- het bericht van 19 maart 2025 met productie(s) van GS Netherlands
1.2.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 31 maart 2025. Aanwezig hierbij was mr. J. Backers namens de gemachtigde van GS Netherlands. [gedaagde] was (enigszins verlaat) ook aanwezig. Partijen hebben hun standpunten nader toegelicht en vragen van de kantonrechter beantwoord. Ten slotte is een datum voor vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
GS Netherlands heeft met [gedaagde] een huurovereenkomst gesloten met ingang van 1 juli 2021 met betrekking tot de woning aan de [adres] (hierna: de woning). Op grond van deze huurovereenkomst moet [gedaagde] bij vooruitbetaling een huurprijs van € 1.225,18 per maand betalen. Dit bedrag is inclusief een voorschot servicekosten.
2.2.
Op de huurovereenkomst zijn de General Terms and Conditions Ourdomain
[location] April 2021 (hierna: algemene voorwaarden) van toepassing, waarin onder meer is bepaald:
Article 6. Rent and Rent Adjustment
(…)
6.4
In the case of a non-regulated rent (“geliberaliseerde huurprijs”) as meant in article 7:247 Dutch Civil Code, the Rent, the Advance for the costs of additional supplies and services and the Amount for the costs of additional supplies and services not subject to settlement will be increased by a maximum of 5% each calendar year on 1 July. The Landlord has the right, but not the obligation, to adopt a lower increase. The adjusted amounts will apply even if separate notice of the adjustment has not been given to the Tenant.’
2.3.
In de betaling van de huur is een achterstand ontstaan.

3.Het geschil

3.1.
GS Netherlands vordert na eiswijziging - samengevat - ontbinding van de huurover-eenkomst en ontruiming van het gehuurde wegens de huurachterstand. Inmiddels bedraagt deze tot en met maart 2025 € 9.783,67. Hiermee is [gedaagde] tekortgeschoten in de verplichting die hij heeft op grond van de huurovereenkomst, om de huur op tijd te betalen. Op grond daarvan vordert GS Netherlands ontbinding van de huurovereenkomst.
3.2.
[gedaagde] erkent dat hij tijdelijk niet in staat was de huur volledig en op tijd te betalen. Dit komt doordat zijn moeder een beroerte kreeg en hij hierdoor aanzienlijke financiële kosten maakte. [gedaagde] werkt als zzp’er, waardoor zijn inkomsten sterk verschillen. Hij denkt dat het verstandig is om in een andere woning opnieuw te beginnen. [gedaagde] heeft zich inmiddels gemeld bij schuldhulpverlening om grip te krijgen op zijn financiële situatie.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

4.De beoordeling

Ambtshalve toetsing
4.1.
De huurovereenkomst is gesloten met een consument. Daarom moet ambtshalve worden getoetst aan het Europese en Nederlandse consumentenrecht. Artikel 6.4 van de algemene voorwaarden gaat over de huurprijsaanpassing. Omdat GS Netherlands alleen de aanvangshuurprijs vordert, is dit artikel niet relevant voor de beoordeling van de vordering. Ook van andere bedingen die relevant zijn voor de beoordeling van de vorderingen is niet gebleken.
Beoordeling van de vorderingen4.2. De huurachterstand wordt niet betwist door [gedaagde] . Daarom zal het gevorderde bedrag van € 9.783,67 aan huurachterstand (tot en met maart 2025) worden toegewezen.
4.3.
De huurachterstand komt neer op een achterstand van ruim zeven maanden. Gelet hierop is [gedaagde] zodanig tekortgeschoten in de verplichtingen die hij heeft op grond van de huurovereenkomst – namelijk het op tijd betalen van de huur – dat dit ontbinding van de huurovereenkomst rechtvaardigt. [gedaagde] verzet zich ook niet tegen de ontbinding en ontruiming. Van belang is verder dat vast is komen te staan dat GS Netherlands melding heeft willen maken van de huurachterstand bij schuldhulpverlening, maar dat [gedaagde] daartegen bezwaar maakte. Inmiddels heeft [gedaagde] zelf contact gelegd met schuldhulpverlening.
4.4.
Gelet op het voorgaande ontbindt de kantonrechter de huurovereenkomst en wijst zij de vordering tot ontruiming van de woning toe. De ontruimingstermijn wordt gesteld op veertien dagen na betekening van het vonnis.
4.5.
De vordering van GS Netherlands om [gedaagde] te veroordelen de huur van
€ 1.225,18 per maand te voldoen tot aan het moment van ontbinding van de huurovereenkomst wordt toegewezen.
4.6.
In het petitum onder 3D. vordert GS Netherlands een gebruiksvergoeding van € 0,00 per maand vanaf het moment van de ontbinding van de huurovereenkomst tot het moment van ontruiming. In het lichaam van de dagvaarding wordt dit bedrag gesteld op € 1.228,18 per maand. Omdat deze bedragen verschillen, moet de kantonrechter bepalen over welk bedrag zij moet oordelen. Daarvoor is het volgende van belang.
4.7.
Bij de uitleg van een petitum moet niet alleen acht worden geslagen op de bewoordingen daarvan, maar komt ook betekenis toe aan de inhoud van hetgeen aan de eis ten grondslag is gelegd, de wijze waarop de wederpartij de eis heeft opgevat en redelijkerwijs heeft moeten opvatten, en het overige partijdebat (Hoge Raad 7 juli 2023, ECLI:NL:HR:2023:1070).
4.8.
Tussen partijen staat vast dat de (aanvangs)huurprijs een bedrag van € 1.228,18 per maand betreft. Voor het moment tot aan de ontbinding vordert GS Netherlands ook dit bedrag. Mede gelet op hetgeen in artikel 7:225 BW is bepaald, is de kantonrechter van oordeel dat GS Netherlands heeft bedoeld een bedrag van € 1.228,18 per maand te vorderen als gebruiksvergoeding voor de periode tot aan de ontruiming. De kantonrechter legt daarom het petitum zo uit, dat GS Netherlands betaling vordert van een gebruiksvergoeding van
€ 1.228,18 per maand. Deze vordering zal worden toegewezen.
4.9.
GS Netherlands vordert tot slot rente op grond van de wet. Omdat in de overeenkomst daarover niets is bepaald en [gedaagde] de huur te laat heeft betaald, is de rente zoals gevorderd toewijsbaar.
4.10.
[gedaagde] is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van GS Netherlands worden begroot op:
- kosten van de dagvaarding
137,39
- griffierecht
524,00
- salaris gemachtigde
408,00
(2 punten × € 204,00)
- nakosten
67,50
(plus de kosten van betekening zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
1.136,89

5.BESLISSING

De kantonrechter:
5.1.
ontbindt de tussen partijen bestaande huurovereenkomst met betrekking tot de onroerende zaak aan het adres [adres] per 1 mei 2025,
5.2.
veroordeelt [gedaagde] om binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis de woning te ontruimen met alle daarin aanwezige personen en zaken, tenzij deze zaken van GS Netherlands zijn, en de sleutels af te geven aan GS Netherlands,
5.3.
veroordeelt [gedaagde] om aan GS Netherlands te betalen:
a. a) € 9.783,67 aan achterstallige huur tot en met maart 2025, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag van dagvaarding totdat het bedrag volledig is betaald,
b) € 178,31 aan wettelijke rente, berekend tot 14 november 2024,
c) € 1.225,18 per maand vanaf 1 april 2025 tot en met het eind van de maand waarin de daadwerkelijke ontruiming heeft plaatsgevonden,
5.4.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten van € 1.136,89, te vermeerderen met de kosten van betekening, te betalen binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis,
5.5.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
5.6.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.V. Ulrici, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 29 april 2025, in tegenwoordigheid van de griffier, mr. D.C. Vink.
57327