Uitspraak
RECHTBANK Amsterdam
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
.De proceskosten van de vrouw worden begroot op:
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam op 2 juli 2025 uitspraak gedaan in een kort geding tussen een vrouw en een man, die samen drie minderjarige kinderen hebben. De vrouw verzocht om vervangende toestemming om met de kinderen op vakantie naar Marokko te gaan, omdat de man zijn toestemming niet wilde geven. De vrouw had eerder problemen ondervonden met de man, die niet op tijd de benodigde toestemmingsformulieren had ondertekend voor een eerdere reis naar Egypte, wat leidde tot een stressvolle situatie voor de vrouw en de kinderen.
De voorzieningenrechter oordeelde dat het spoedeisend belang van de vrouw en de kinderen groot was, gezien de omstandigheden en het feit dat de man zijn verantwoordelijkheden niet nakwam. De rechter benadrukte dat de man geen bezwaar had tegen de vakantie, maar dat hij vond dat de duur van zes weken te lang was. De vrouw stelde echter dat er geen vakantieregeling was en dat de man zijn huidige zorgregeling al niet nakwam. De voorzieningenrechter volgde de vrouw in haar standpunt en wees de vordering toe, waarbij de man werd veroordeeld in de proceskosten.
De uitspraak benadrukt het belang van de gezamenlijke uitoefening van het ouderlijk gezag en de verantwoordelijkheden die beide ouders hebben ten opzichte van hun kinderen. De voorzieningenrechter gaf aan dat het handelen van de man niet in het belang van de kinderen was en dat hij zijn rol als ouder moest heroverwegen. De vrouw kreeg de toestemming om met de kinderen op vakantie te gaan, en de man werd veroordeeld tot betaling van de proceskosten.