Uitspraak
- aan de zijde van DAS: mr. [naam] , Manager Corporate Legal Affairs, en mr. R. Rozendal, advocaat, met mr. Oostwouder.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 16 juni 2025 uitspraak gedaan in een arbeidsrechtelijk geschil tussen [verzoeker] en DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringsmaatschappij N.V. [verzoeker], geboren in 1954, was sinds 1 april 2001 in dienst bij DAS. Op 23 april 2021 bereikte hij de pensioengerechtigde leeftijd, waarna zijn arbeidsovereenkomst van rechtswege zou eindigen. Voorafgaand aan deze datum waren er afspraken gemaakt om de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd met zes maanden te verlengen. Echter, eind oktober 2024 heeft DAS aan [verzoeker] meegedeeld dat zijn tijdelijke arbeidsovereenkomst niet zou worden verlengd, wat later schriftelijk werd bevestigd. Na deze mededeling heeft [verzoeker] twee meldingen gedaan bij DAS, die hij als klokkenluidersmeldingen beschouwde.
[verzoeker] verzocht de rechtbank om DAS te veroordelen tot betaling van een transitievergoeding en een billijke vergoeding, in totaal € 100.000,00 bruto, op basis van vermeende leeftijdsdiscriminatie en de klokkenluidersmeldingen. De rechtbank oordeelde dat de arbeidsovereenkomst van [verzoeker] van rechtswege was geëindigd bij het bereiken van de pensioenleeftijd, en dat er geen recht op transitievergoeding bestond. Ook de verzoeken om een billijke vergoeding werden afgewezen, omdat er geen causaal verband kon worden aangetoond tussen de klokkenluidersmeldingen en de beslissing van DAS om de arbeidsovereenkomst niet te verlengen. De rechtbank concludeerde dat er geen sprake was van verboden leeftijdsdiscriminatie en wees de verzoeken van [verzoeker] af. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten droeg.