ECLI:NL:RBAMS:2025:5421

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
23 juli 2025
Publicatiedatum
24 juli 2025
Zaaknummer
750110
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake ICT dienstverlening en facturering tussen MICA IT B.V. en STEMERDINK&VERHOEK ADMINISTRATIE & BELASTINGADVIESKANTOOR B.V.

In deze zaak, die voor de Rechtbank Amsterdam is behandeld, gaat het om een geschil tussen MICA IT B.V. en STEMERDINK&VERHOEK ADMINISTRATIE & BELASTINGADVIESKANTOOR B.V. over de betaling van facturen en de omvang van verschuldigde bedragen. MICA IT vordert betaling van een totaalbedrag van € 29.854,99 inclusief btw, dat voortvloeit uit verschillende overeenkomsten voor ICT-diensten. De rechtbank heeft in een tussenvonnis van 2 april 2025 al enkele voorlopige oordelen gegeven over de looptijd van de overeenkomsten en de te factureren bedragen. In het eindvonnis van 23 juli 2025 heeft de rechtbank de vorderingen van MICA IT grotendeels toegewezen, waarbij het bedrag aan verschuldigde facturen is vastgesteld en de wettelijke handelsrente is toegewezen vanaf de verzuimdata van de facturen. De rechtbank heeft ook de buitengerechtelijke kosten toegewezen, waarbij MICA IT en MICA IP recht hebben op respectievelijk € 949,96 en € 180,94 aan kosten. De vordering van STEMERDINK in reconventie is afgewezen. De proceskosten zijn voor STEMERDINK, die ook in het ongelijk is gesteld. De rechtbank heeft de proceskosten begroot op € 5.722,87, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

RECHTBANK Amsterdam

Civiel recht
Zaaknummer: C/13/750110 / HA ZA 24-487
Vonnis van 23 juli 2025
in de zaak van

1.de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid MICA IT B.V.,

gevestigd te Uithoorn,
2. De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MICA IP NETWORKS B.V.,
gevestigd te Uithoorn,
eiseres in conventie,
gedaagden in reconventie,
hierna samen te noemen: Mica c.s. en voor zover afzonderlijk bedoeld Mica IT en Mica IP,
advocaat: mr. M. Smit,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
STEMERDINK&VERHOEK ADMINISTRATIE & BELASTINGADVIESKANTOOR B.V.,
gevestigd te Kwakel,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat: mr. I.M.C.A. Reinders Folmer.
hierna te noemen: Stemerdink,

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 2 april 2025 met de daarin genoemde stukken,
- de akte uitlating tevens overlegging aanvullende producties van Mica c.s. van 30 april 2025, met producties,
- de akte van Stemerdink van 30 april 2025, met producties,
-de antwoordakte van Mica c.s. van 28 mei 2025,
- de antwoordakte van Stemerdink van 28 mei 2025.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De verdere beoordeling

In conventie en in reconventie
2.1.
De rechtbank volhardt in hetgeen is overwogen en beslist in het eerdere in deze zaak gewezen tussenvonnis van 2 april 2025 (hierna: het tussenvonnis).
In conventie
2.2.
In haar akte van 30 april 2025 heeft Stemerdink aangegeven dat zij verrast was door het bij tussenvonnis door de rechtbank gegeven oordeel ten aanzien van de nieuwe looptijd van overeenkomst B, welk oordeel volgens Stemerdink onjuist is. Dat oordeel luidt anders dan het tijdens de mondelinge behandeling gegeven voorlopige oordeel. Wat hier echter ook van zij, aan een door de rechter tijdens de mondelinge behandeling gegeven voorlopig oordeel kunnen partijen geen rechten ontlenen. In het tussenvonnis is vervolgens gemotiveerd toegelicht hoe de rechtbank tot haar eindoordeel ten aanzien van de looptijd van overeenkomst B is gekomen. In het door Stemerdink in haar akte gestelde wordt geen aanleiding gezien om terug te kunnen komen van de op dat punt in het tussenvonnis gegeven bindende eindbeslissing.
2.3.
In het tussenvonnis is onder meer overwogen:

Voorlopige slotsom
4.19
De facturen voor overeenkomst A ad € 477,95 en ad € 5.257,45 dienen te worden betaald. Voor overeenkomst B kan alleen gefactureerd worden tot 1 december 2024. De vijf extra uren zijn vanaf de feitelijke beëindiging van de werkzaamheden niet verricht en mochten dus ook niet in rekening worden gebracht. Of de vijf extra uren 9 keer dubbel zijn gefactureerd moet nog worden toegelicht en beoordeeld. Ook de vraag of de gecrediteerde facturen al waren betaald door Stemerdink en of de componenten DUO en Microsoft 365 ten onrechte zijn gefactureerd, moet nog nader worden toegelicht en beoordeeld. De zaak zal naar de rol worden verwezen voor een door beide partijen te nemen akte voor het in rechtsoverweging 4.14 aangegeven doel (daarna antwoordakte beide partijen). De aanvullende factuur ad € 1.461,08 voor overeenkomst C dient te worden voldaan.”
Ten aanzien van overeenkomst A
2.4.
Uit het voorgaande en hetgeen in het tussenvonnis verder nog is overwogen onder 4.3 – 4.7 volgt dat het door Mica IP gevorderde (€ 477,95 plus € 5.257,45 inclusief btw) toewijsbaar is, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente vanaf de verzuimdata van de betreffende onbetaald gelaten facturen.
Ten aanzien van overeenkomst B
2.5.
De oorspronkelijke vordering van Mica IT bedroeg € 58,203,04. Bij tussenvonnis heeft de rechtbank al geoordeeld dat Mica IT hooguit tot 1 december 2024 heeft mogen factureren voor haar dienstverlening omdat zij de opzegging al per die datum had geaccepteerd. Het na 1 december 2024 gefactureerde is Stemerdink daarom niet verschuldigd. Dat volgt uit de overwegingen 4.9 en 4.10 van het tussenvonnis. Ook heeft de rechtbank al overwogen, in rechtsoverweging 4.11 van het tussenvonnis, dat Mica IT na de opzegging per oktober niet meer maandelijks vijf uur voor consultancy heeft mogen factureren, nu daarvoor geen werkzaamheden meer zijn verricht.
In verband hiermee alsmede in verband met mogelijk teveel gefactureerde bedragen voor DUO en Microsoft 365 en mogelijk maandelijks dubbel gefactureerde vijf uren voor consultancy in de periode 1 januari 2023 tot oktober 2023 heeft Mica IT bij akte haar vordering op verzoek van de rechtbank nader toegelicht. Stemerdink heeft op haar beurt bij akte desgevraagd een toelichting gegeven op door haar betaalde/verrekende bedragen en de volgens haar dubbel door Mica IT gefactureerde uren. Vervolgens hebben partijen bij antwoordakte op elkaars stellingen gereageerd.
2.6.
De rechtbank overweegt met betrekking tot de factuur van Mica IT aan Stemerdink met nummer [fact.nr. 1] , waarin de maand oktober 2023 werd gefactureerd, als volgt. Met partijen is de rechtbank van oordeel dat Mica IT € 1.901,81 exclusief btw voor de private cloud had mogen factureren. Dat komt neer op een bedrag van € 2.301,19 inclusief btw.
Nu moet worden aangenomen dat er vanaf oktober 2023 geen consultancy werkzaamheden meer zijn verricht door Mica IT, gaat de rechtbank ervan uit dat het onderdeel ‘doorlopende supportovereenkomst’ dat ziet op de vijf consultancy uren ad € 315,- exclusief btw ten onrechte is gefactureerd voor de maand oktober (en verder). Ook de posten DUO/Microsoft 365 (€ 84,- plus € 16,48 exclusief btw) zijn ten onrechte gefactureerd aangezien Mica IT bij akte heeft erkend dat deze post inderdaad maandelijks opzegbaar was. Dat betekent dat Mica IT hooguit € 2.301,19 inclusief btw voor de maand oktober 2023 heeft mogen factureren. Hierop strekt in mindering de door Stemerdink verrichte betaling van € 465,- die door Stemerdink is onderbouwd en door Mica IT wordt erkend. Dat betekent dat er nog overblijft terzake oktober 2023 een door Stemerdink te betalen bedrag van € 1.836,19
(€ 2.301,19 – € 465,-).
2.7.
Wat betreft de slotfactuur [fact.nr. 2] van Mica IT aan Stemerdink van € 53.938,04 inclusief btw, die ziet op de periode november 2023 tot en met maart 2025, overweegt de rechtbank als volgt. Partijen zijn het erover eens dat Mica IT in ieder geval tot aan
1 december 2024 heeft mogen factureren € 1.901,81 exclusief btw per maand voor de maanden november 2023 tot en met november 2024. Dat komt neer op een bedrag van € 24.723,53 exclusief btw (€ 29.915,47 inclusief btw).
2.8.
Op de in de slotfactuur eveneens gefactureerde vijf consultancy uren (doorlopende supportovereenkomst) over de periode november 2023 tot 1 december 2024 kan Mica IT geen aanspraak maken, nu daarvoor geen werkzaamheden zijn verricht. De posten DUO en Microsoft zijn al niet meer gefactureerd in de slotfactuur.
2.9.
Op het terecht gefactureerde bedrag van € 24.723,53 exclusief btw strekt (via een geslaagd beroep op verrekening) in mindering de in de periode januari 2023 tot en met september 2023 teveel betaalde post ‘
doorlopend support’die zag op de vijf in rekening te brengen consultancy uren die verband hielden met de scheefgroei aan over en weer verrichte werkzaamheden die ingevolge de bartering afspraak tegen elkaar weggestreept zouden worden. Stemerdink heeft onbetwist gesteld dat de bartering afspraak met ingang van
1 januari 2023 kwam te vervallen. Vanaf dat moment werden (de daadwerkelijk verrichte) consultancywerkzaamheden door Mica IT apart aan Stemerdink gefactureerd, en werden geen diensten meer door Stemerdink aan Mica IT geleverd. Met Stemerdink is de rechtbank van oordeel dat in die periode sprake is geweest van een dubbeltelling in die zin dat bovenop de facturen voor werkelijk verrichte consultancy werkzaamheden niet ook nog eens de vijf uren ‘
doorlopende support’gefactureerd had mogen worden in de periode januari 2023 tot en met september 2023, wat wel is gebeurd en welke bedragen Stemerdink ook heeft voldaan. Deze strekken daarom, via een geslaagd beroep op verrekening, in mindering op het nog verschuldigde bedrag van € 24.723,53 exclusief btw.
2.10.
Het gaat daarbij om een bedrag van € 300,- exclusief btw over de maanden januari 2023 tot en met april 2023 en om een bedrag van € 315,- exclusief btw over de maanden mei 2023 tot en met september 2023, wat neerkomt op een bedrag van in totaal € 2.775,- exclusief btw.
De rechtbank gaat daarbij voorbij aan het niet goed te volgen betoog van Mica IT dat niet dit bedrag maar een bedrag van € 2.117,50 exclusief btw in mindering strekt op het gevorderde, zijnde het totaal van de in deze periode gezonden facturen voor daadwerkelijk verrichte werkzaamheden. Het zijn niet de daadwerkelijk verrichte werkzaamheden die ten onrechte zijn gefactureerd maar juist de doorlopende vijf supporturen die verband hielden met de vervallen bartering afspraak.
2.11.
Het voorgaande betekent dat Stemerdink, na verrekening van het bedrag van
€ 2.775,- exclusief btw nog aan slotfactuur zal moeten voldoen € 21.948,53 exclusief btw, wat neerkomt op € 26.557,72 inclusief btw.
2.12.
Dat hierop nog wegens anderszins verrichte betalingen of andere verrekeningen bedragen in mindering strekken, is niet komen vast te staan. Bij akte heeft Stemerdink geen aanvullende betalingen gesteld of onderbouwd en ook aangegeven dat zij de oorspronkelijke door Mica ten onrechte gezonden facturen die later zijn gecrediteerd (zie onder 2.10 en 2.12 van het tussenvonnis) nog niet had betaald.
Slotsom ten aanzien van overeenkomst B
Het voorgaande betekent dat Mica IT met betrekking tot overeenkomst B nog van Stemerdink te vorderen heeft € 1.836,19 (zie rechtsoverweging 2.6) + € 26.557,72 (zie rechtsoverweging 2.11) derhalve € 28.393,91 inclusief btw.
Slotsom ten aanzien van overeenkomst C
2.13.
Uit hetgeen al bij tussenvonnis is overwogen en beslist, onder meer in rechtsoverweging 4.17, volgt dat het ten aanzien van overeenkomst C door Mica IT gevorderde toewijsbaar is (€1.461,08 inclusief btw) te vermeerderen met de gevorderde wettelijke handelsrente.
Slotsom ten aanzien van overeenkomst B en C
2.14.
Dat betekent dat het door Mica IT gevorderde, zoals weergegeven onder 3.1 sub II in het tussenvonnis, toewijsbaar is tot een bedrag van € 29.854,99 inclusief btw (28.393,91 + € 1.461,08). Ook de gevorderde wettelijke handelsrente is toewijsbaar zoals gevorderd en berekend vanaf de data van verzuim van de drie facturen van 1 oktober 2023, 17 oktober 2023, 11 januari 2024 (als vermeld onder 2.22, 2.27 en 2.37 van het tussenvonnis). De rechtbank gaat daarbij voorbij aan het verweer van Stemerdink dat bij een normaal verloop de bedragen niet ineens maar maandelijks zouden zijn gefactureerd en dat rente slechts toewijsbaar is vanaf de fictieve maandelijks factuurdata. Overeenkomstig hetgeen de rechtbank al heeft overwogen in 4.6 bij tussenvonnis ten aanzien van overeenkomst A heeft ook ten aanzien van overeenkomst B te gelden dat Mica IT uit de houding van Stemerdink heeft mogen afleiden dat zij de overeenkomst niet tot het einde van de looptijd gestand zou doen en zou nakomen zodat Mica IT deze bedragen (voor al verrichte werkzaamheden in het kader van de migratie naar de nieuwe cloud omgeving) ineens in een slotfactuur heeft mogen factureren en Stemerdink na het verstrijken van de betaaltermijn van deze slotfactuur met betaling in verzuim is komen te verkeren.
Ten aanzien van de buitengerechtelijke kosten
2.15.
Mica c.s. maakt daarnaast aanspraak op vergoeding van buitengerechtelijke kosten. Mica IP maakt, ten aanzien van overeenkomst A, aanspraak op vergoeding van € 800,75 en Mica IT, op grond van overeenkomst B en C, aanspraak op vergoeding van € 1.889,52.
De vordering moet worden beoordeeld op grond van artikel 6:96 BW en het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten (hierna: het Besluit). De rechtbank stelt vast dat Mica c.s. voldoende heeft gesteld en onderbouwd dat buitengerechtelijke incassowerkzaamheden zijn verricht, onder andere door The Legal Company voor Mica IP en Mica IT gezamenlijk.
Het gevorderde bedrag aan buitengerechtelijke incassokosten van zowel Mica IP als Mica IT is hoger dan het in het Besluit bepaalde tarief. De rechtbank zal het bedrag dan ook toewijzen tot het wettelijke tarief, berekend op basis van de bij elkaar opgetelde toewijsbare bedragen, te weten € 35.590,39. Dat betekent dat de buitengerechtelijke incassokosten tot een bedrag van € 1.130,90 worden toegewezen Ten aanzien van de vordering van Mica IP is 16% van dit bedrag toewijsbaar dus € 180,94 en ten aanzien van Mica IT € 949,96.
In reconventie
2.16.
De rechtbank was in reconventie al in rechtsoverweging 4.18 van het tussenvonnis tot het oordeel gekomen dat het in reconventie gevorderde niet toewijsbaar is. Deze vordering zal daarom worden afgewezen.
In conventie en in reconventie
Ten aanzien van de proceskosten
2.17.
Mica c.s. krijgt in conventie en in reconventie (overwegend) gelijk. Stemerdink moet daarom de door Mica c.s. in conventie en in reconventie gemaakte proceskosten vergoeden die door de rechtbank als volgt worden begroot:
- kosten dagvaarding € 112,37
- salaris advocaat € 2.443,50- (4,5 punten x tarief € 543,-)
- betaald griffierecht € 2.889,00
-
nakosten € 278,00
totaal € 5.722,87.
De wettelijke rente over de proceskosten zijn als hierna vermeld toewijsbaar.

3.De beslissing

De rechtbank
In conventie
3.1.
veroordeelt Stemerdink tot betaling aan Mica IT van € 29.854,99 inclusief btw te vermeerderen met de wettelijke handelsrente vanaf de verzuimdata van de facturen tot aan de algehele voldoening;
3.2.
veroordeelt Stemerdink tot betaling aan Mica IP van € 5.735,40 inclusief btw, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente vanaf de verzuimdata van de facturen tot aan de algehele voldoening;
3.3.
veroordeelt Stemerdink tot betaling aan Mica IP van € 180,94 aan buitengerechtelijke kosten;
3.4.
veroordeelt Stemerdink tot betaling aan Mica IT van € 949,96 aan buitengerechtelijke kosten;
3.5.
wijst het overigens gevorderde af;
In reconventie
3.6.
wijst het gevorderde af;
In conventie en in reconventie
3.7.
veroordeelt Stemerdink in de proceskosten van € 5.722,87 te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe. Als Stemerdink niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend, dan moet Stemerdink € 92,- extra betalen, plus de kosten van betekening;
3.8.
veroordeelt Stemerdink in de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 Burgerlijk Wetboek over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn voldaan;
3.9.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.M.E. de Koning, rechter, bijgestaan door
mr. C.L. de Rijke, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 23 juli 2025.