Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
LEASEPLAN NEDERLAND N.V.
officier van justitie(verder: verweerder) ten aanzien van betrokkene.
CJIB-nummer: [nummer]
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
GRONDEN VAN DE BESLISSING
motorvoertuig, gebezigd voor het verrichten van openbaar vervoer in de zin van de Wet personenvervoer 2000”. Onder openbaar vervoer in de zin van de Wet personenvervoer 2000 wordt op grond van artikel 1, onderdeel h, van deze wet verstaan
“het voor een ieder openstaand persoonvervoer volgens een dienstregeling met een auto, bus, trein, metro, tram of een via een geleidesysteem voortbewogen voertuig.” Artikel 2, lid 2 Wet personenvervoer 2000 geeft aan dat kan worden bepaald dat deze wet van toepassing kan worden verklaard op vervoer dat overeenkomst vertoont met openbaar vervoer. In artikel 6, lid 1 van het Besluit Personenvervoer 2000 is een groot aantal bepalingen van overeenkomstige toepassing verklaard op voor een ieder openstaand vervoer per auto dat niet volgens een dienstregeling wordt verricht. In de toelichting van het Besluit wordt aangegeven dat dit vervoer ook wel openbaar vervoer op afroep wordt genoemd. Het vervoer komt in de plaats van of is een aanvulling op het openbaar vervoer dat wordt verricht krachtens een door die overheid verleende concessie aan diezelfde of een andere vervoerder.
Taxivervoer valt onder het onderbord ‘uitgezonderd lijnbus’
Gedraging
Proceskostenvergoeding
BESLISSING
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om een proceskostenvergoeding af.
binnen zes wekenna de hierboven vermelde datum van verzending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, maar alleen indien de als gevolg van deze beslissing te betalen administratieve sanctie meer dan € 110,00 bedraagt. Het beroepschrift dient schriftelijk (niet per e-mail) te worden ingediend bij rechtbank Amsterdam, afdeling privaatrecht, team kanton, postbus 70515, 1007 KM, Amsterdam en dient door degene die het beroep instelt of een gemachtigde te worden ondertekend. De procedure bij het gerechtshof verloopt schriftelijk,
tenzij in het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling wordt gevraagd.