ECLI:NL:RBAMS:2025:548

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
23 januari 2025
Publicatiedatum
28 januari 2025
Zaaknummer
11381831 EM 24-634
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om handlichting voor een minderjarige ten behoeve van het uitoefenen van een eenmanszaak

Op 23 januari 2025 heeft de kantonrechter te Amsterdam een beschikking gegeven in een zaak waarin een verzoeker, geboren op 5 december 2007, handlichting vroeg om een eenmanszaak te kunnen uitoefenen. Het verzoekschrift was ingediend op 31 oktober 2024 en de behandeling vond plaats op 21 januari 2025, waarbij de verzoeker in gezelschap van zijn moeder en broer aanwezig was. Het verzoek was gebaseerd op artikel 1:235 van het Burgerlijk Wetboek (BW), dat handlichting voor minderjarigen regelt.

De kantonrechter oordeelde dat er geen omstandigheden waren die inwilliging van het verzoek verhinderden en dat aan de wettelijke vereisten was voldaan. De rechter benadrukte het belang van publiciteit rondom de handlichting, zoals voorgeschreven in artikel 1:237 BW, maar stelde vast dat publicatie op internet een breder bereik zou hebben dan de traditionele publicatie in de Staatscourant. Daarom werd besloten dat de beschikking op de website van rechtspraak.nl gepubliceerd zou worden in plaats van in de Staatscourant.

In de beschikking verleende de kantonrechter handlichting aan de verzoeker voor het uitoefenen van de eenmanszaak 'Chasemon', met de beperking dat hij alleen overeenkomsten mag aangaan en betalingen mag verrichten tot een bedrag van € 15.000,-. De beschikking werd uitgesproken ter openbare terechtzitting, waarbij de griffier aanwezig was.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
Sectie Kanton – locatie Amsterdam
Zaaknummer: 11381831 EM 24/634 VB145034
Beschikking van 23 januari 2025
Beschikking van de kantonrechter te Amsterdam op een op 31 oktober 2024 ingekomen verzoekschrift van:

Cem Perie,

geboren op 5 december 2007 te Amsterdam,
wonende te 1095 KT Amsterdam, Tidorestraat 169,
hierna te noemen verzoeker.

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

Het verzoek strekt tot het verlenen van handlichting aan verzoeker als bedoeld in artikel 1:235 van het Burgerlijk Wetboek (BW).
Het verzoekschrift is vervolgens behandeld ter zitting van 21 januari 2025, alwaar verzoeker in gezelschap van zijn moeder, mevrouw [naam] en zijn broer is verschenen.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

Nu niet is gebleken van omstandigheden die inwilliging van het verzoek verhinderen en aan de wettelijke vereisten is voldaan, is het verzoek voor toewijzing vatbaar.
Met betrekking tot de publicatieplicht van de te verlenen handlichting oordeelt de kantonrechter als volgt. Artikel 1:237 BW bepaalt dat de beschikking waarin de handlichting is verleend, bekend moet worden gemaakt in de Staatscourant. De bedoeling van de wetgever is daarbij geweest dat op die manier zo veel mogelijk personen kennis kunnen nemen van de handlichting. Tegenwoordig is echter toegang tot internet voor iedereen beschikbaar en publicatie van de handlichting op internet heeft naar het oordeel van de kantonrechter eenzelfde, zo niet een ruimer bereik dan de nog bij wet voorgeschreven publicatie in de Staatscourant, die bovendien ook nog eens kostbaar is. De kantonrechter zal dan ook bepalen dat publicatie in de Staatscourant achterwege kan blijven en bepalen dat de (door de griffier te initiëren) publicatie van deze beschikking op www.rechtspraak.nl daarvoor in de plaats komt.

BESLISSING

De kantonrechter:
- verleent
Cem Perie,voornoemd, handlichting tot het uitoefenen van een eenmanszaak (Chasemon) waarbij hem ten behoeve van het uitoefenen van het bedrijf het recht wordt toegekend om overeenkomsten aan te gaan en betalingen te verrichten die het bedrag van € 15.000,- niet te boven gaan;
- bepaalt dat onderhavige beschikking (door tussenkomst van de griffier) zal worden gepubliceerd op www.rechtspraak.nl.
Aldus gegeven te Amsterdam en uitgesproken ter openbare terechtzitting op bovengenoemde datum door mr. T.M.A. van Löben Sels, in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter