Uitspraak
RECHTBANK Amsterdam
1.De procedure
2.De feiten
fashion logistics. De Bleckmann Groep verricht daarvoor opslagwerkzaamheden, daaraan verwante logistieke diensten, transport en expeditie.
to the extent of the interest of the Insured in such property.(…)
Of others in the Insured’s custody to the extent of the Insured’s legal liability for insured physical loss or damage to such Personal Property
D. ADDITIONAL COVERAGESThe Additional Coverages below are subject to all the terms and conditions of this Policy including, but not limited to, the limits of liability, deductibles and exclusions shown in the Declarations section.
locationthat remains as the direct result of insured physical loss or damage. This Policy also covers the reasonable and necessary expense of removal of debris within one (1) kilometer of a
locationremaining as the direct result of direct physical loss or damage insured by this Policy to insured property, up to a maximum of € 500.000 per
occurrence. This limit is part of, and not in addition to, the Policy Limit of Liability.
b) toward neighbours, co-tenants and other third parties for direct physical damage of the type insured to the real or personal property of the type insured of neighbours, co-tenants and other third parties.
3.Het geschil
debris removal, de afbraak en opruimen van de resten van het pand (€ 117.862,19), en van
business interruption,de huur en geschikt maken van een alternatieve locatie (€ 454.434,60). In de derde plaats gaat het om de schade, nader op te maken bij staat, aan de verloren gegane voorraad die eigendom was van Lyle & Scott, voor zover die schade niet door HDI, de logistieke aansprakelijkheidsverzekeraar van Bleckmann, is gedekt en waarvan de omvang nog moet worden vastgesteld.
‘under the articles of any civil or commercial code’aansprakelijk is jegens Parcolys. Dat is niet het geval. Deze bepaling vereist dat Bleckmann wettelijk aansprakelijk is jegens Parcolys. Bleckmann is echter contractueel aansprakelijk jegens Parcolys. Op grond van het Belgische samenloopverbod kan dan niet ook sprake zijn van aansprakelijkheid op grond van de wet. Daarnaast is Bleckmann niet kwalitatief aansprakelijk omdat [naam] ten tijde van de brandstichting geestesziek was en daarom op grond van het Belgische recht niet aansprakelijk kan zijn. Ook had Bleckmann niet de hoedanigheid van ‘
tenant or occupant’in de zin van de polisvoorwaarden
.Voor dekking met betrekking tot
debris removalis op grond van de polis vereist dat het beschadigde pand door FM in verzekeringsdekking is genomen. Dat is echter niet het geval. Voor de schade inzake
business interruptionheeft FM dekking toegezegd, maar nog niet uitgekeerd omdat Bleckmann nog onvoldoende informatie ter onderbouwing van dit schadebestanddeel heeft verschaft.
to the extent of (Bleckmann's) legal liability’. Daarmee wordt wettelijke aansprakelijkheid bedoeld. Bleckmann is echter jegens Lyle & Scott contractueel aansprakelijk. Het samenloopverbod sluit gelijktijdige aansprakelijkheid op grond van de wet uit.
4.De beoordeling
Men is aansprakelijk niet alleen voor de schade welke men veroorzaakt door zijn eigen daad maar ook voor die welke veroorzaakt wordt door de daad van personen voor wie men moet instaan, of van zaken die men onder zijn bewaring heeft. (…) De meesters en zij die anderen aanstellen, voor de schade door hun dienstboden en aangestelden veroorzaakt in de bediening waartoe zij hen gebezigd hebben. (…).”. Het gaat daarbij om een ‘foutloze aansprakelijkheid’ van de aansteller, waarbij geen onderscheid wordt gemaakt naargelang de oorzaak van de schade of de grondslag van de aansprakelijkheid van de aangestelde. De aansteller is ook aansprakelijk wanneer het schadegeval werd veroorzaakt door een fout van de aangestelde of door een geesteszieke aangestelde.
Wanneer een ander schade wordt veroorzaakt door een persoon die lijdt aan een geestesstoornis die zijn oordeelsvermogen of de controle over zijn daden tenietdoet of ernstig aantast, kan de rechter hem veroordelen tot de gehele vergoeding of tot een gedeelte van de vergoeding waartoe hij zou zijn gehouden, indien hij de vergoeding of een gedeelte van de vergoeding waartoe hij zou zijn gehouden, indien hij de controle van zijn daden had. De rechter doet uitspraak naar billijkheid, rekening houdende met de omstandigheden en met de toestand van partijen.” Het artikel schept een uitzondering op het in het Belgische recht geldende uitgangspunt dat een schuldonbekwame schadeverwekker (dus aan wie de daad niet kan worden toegerekend) niet aansprakelijk is. Een objectief onrechtmatige daad van de dader is wel vereist, en daaraan is voldaan.
occupantin de zin van de polis.
Cambridge Learner’s Dictionaryis een occupant: ‘
someone who lives or works in a room or building’. Het Van Dale Groot Woordenboek Engels-Nederlands vertaalt de term als ‘
bewoner, inzittende, bezitnemer’. Deze betekenissen zijn in lijn met de betekenis die de term naar normaal Nederlands spraakgebruik, ook in de kringen waartoe partijen behoren, in deze context ook heeft, namelijk ‘gebruiker’. Ook in het licht van de polis en de bepaling zelf, die handelt over de aansprakelijkheid van de
‘tenant or occupant’van een pand
‘toward the owner’voor schade aan het pand, moet het woord op die manier worden begrepen, namelijk dat daarmee is bedoeld: de huurder of gebruiker van het pand. Niet in geschil is dat Bleckmann in het pand haar bedrijf voerde en daar een deel van een bedrijfsvoorraad had opgeslagen. Bleckmann is daarmee aan te merken als
occupantin de zin van de polis.
occupantmoet worden verstaan een ‘bezetter ter bede’, die een gegund gebruiksrecht naar Belgisch recht uitoefent, welk begrip niet op Bleckmann van toepassing is. Voor deze uitleg bieden noch de bewoordingen, noch de context van de bepaling een aanknopingspunt. Van belang daarbij is dat de overeenkomst is gebaseerd op een model dat door FM in meerdere landen wordt gebruikt. De bepalingen ervan moeten daarom in het licht van deze internationale setting worden gelezen waarbij de betekenis die een begrip in het Belgische recht heeft in beginsel geen rol speelt bij de uitleg. FM heeft ook niet nader toegelicht waarom de rechtsfiguur ‘bezetter ter bede’ voor de uitleg van de polis van belang is, zodat de rechtbank daaraan voorbij gaat.
debris removal) en kosten van vervangende ruimte (
business interruption).
debris’) van een locatie (
‘location’), als direct gevolg van verzekerd verlies of schade (
‘as the direct result of insured physical loss or damage’). Hieruit volgt dat voor het beantwoorden van de vraag of op grond van deze bepaling dekking bestaat van belang is of de
schade(als gevolg waarvan debris is ontstaan) verzekerd is, niet of het
pandverzekerd is. Tussen partijen staat vast staat dat het pand een locatie is als bedoeld in bepaling 8. Dat volgt ook uit Sectie E (
Insurance Provided) van de
Declarationsuit de polis.
.Daarin is opgenomen dat de polis alle risico's van fysiek verlies of schade dekt aan (onder meer) de locatie Industriepark [locatie] , waarmee is gedoeld op het pand. Het voorgaande betekent dat de schade aan het pand onder de verzekeringsdekking valt. De conclusie luidt dat op grond van bepaling 8 ook het afbreken en verwijderen van puin en overblijfselen (
debris removal) van het pand is gedekt.
debris removalniet betwist. De vordering van Bleckmann tot betaling van € 117.862,19 is dan ook toewijsbaar. Bij toewijzing van de verklaring voor recht bestaat geen zelfstandig belang, zodat de daartoe strekkende vordering wordt afgewezen.
Business Interruptionvan de polis – toegezegd, maar zijn de kosten nog niet vergoed. De huurkosten voor de eerste twaalf maanden in het alternatieve pand bedragen € 322.289,22. De kosten voor het geschikt maken van de alternatieve locatie bedragen € 132.145,38. Bij dagvaarding heeft Bleckmann twee kostenoverzichten overgelegd en facturen met betrekking tot deze schade. Bij de mondelinge behandeling heeft Bleckmann verklaard dat FM alle relevante documenten voor beoordeling van deze claim in haar bezit heeft.
business interruptionzoals gevorderd. Het had op de weg van Bleckmann gelegen om ofwel haar standpunt dat zij alle relevante documenten aan FM heeft gezonden nader toe te lichten, ofwel nader te concretiseren waarom wat zij in deze procedure heeft overgelegd wel volstaat voor toewijzing van haar vordering, ofwel haar vordering anderszins nader te onderbouwen. Dat heeft Bleckmann nagelaten. De vorderingen van Bleckmann terzake ‘business interruption’ worden dan ook om die reden afgewezen.