ECLI:NL:RBAMS:2025:5888

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
3 juli 2025
Publicatiedatum
12 augustus 2025
Zaaknummer
C/13/771429 / HA RK 25-207
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Wraking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wrakingsverzoek niet-ontvankelijk na eindbeslissing door rechter

Op 4 juni 2025 heeft verzoeker een wrakingsverzoek ingediend tegen mr. A.A. Spoel, politierechter te Amsterdam, nadat deze op 6 maart 2025 een eindbeslissing had gegeven in een strafzaak. De wrakingskamer van de Rechtbank Amsterdam heeft het verzoek beoordeeld. Volgens artikel 512 van het Wetboek van Strafvordering dient in een wrakingsprocedure te worden vastgesteld of er feiten of omstandigheden zijn die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar kunnen brengen. Echter, het verzoek tot wraking kan alleen worden ingediend tijdens een lopende procedure. Aangezien de rechter al een eindbeslissing had genomen, was het wrakingsverzoek niet-ontvankelijk. De rechtbank heeft besloten om geen mondelinge behandeling van het verzoek te houden en heeft het verzoek tot wraking afgewezen. De beslissing is genomen door de voorzitter mr. P.B. Martens en de rechters mr. N.C.H. Blankevoort en mr. I.M. Bilderbeek, en is uitgesproken op 3 juli 2025. Tegen deze beslissing staat geen voorziening open volgens artikel 512 lid 5 Sv.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM
Beslissing op het op 4 juni 2025 ontvangen en onder zaaknummer
C/13/771429 HA/RK 25/207 ingeschreven verzoek van:
[verzoeker] ,wonende te [woonplaats] ,
verzoeker,
welk verzoek strekt tot wraking van mr. A.A. Spoel, politierechter te Amsterdam, hierna: de rechter.

1.1. De procedure

De wrakingskamer heeft kennisgenomen van de navolgende processtukken:
  • de brief van verzoeker, bij de rechtbank binnengekomen op 4 juni 2025, waarin hij de rechter wraakt;
  • een aantekening mondeling vonnis van 6 maart 2025 waarin is opgenomen dat de rechter verzoeker een geldboete ter hoogte van € 500,- heeft opgelegd, subsidiair 10 dagen hechtenis (parketnummer 13-192291-24).

2.2. De gronden van de beslissing

2.1
Op grond van het bepaalde in artikel 512 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) dient in een wrakingsprocedure te worden onderzocht of sprake is van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.
2.2
Uit artikel 512 Sv volgt dat een verzoek tot wraking erop gericht moet zijn een rechter te vervangen tijdens een lopende procedure. Indien een rechter een eindbeslissing heeft gegeven is wraking niet meer mogelijk. In dit geval heeft de rechter op 6 maart 2025 een eindbeslissing gewezen.
2.3
Het verzoek tot wraking is dus niet-ontvankelijk. Een mondelinge behandeling van het verzoek kan achterwege blijven.
BESLISSING
De rechtbank:
- verklaart het verzoek tot wraking niet-ontvankelijk
Aldus gegeven door mr. P.B. Martens, voorzitter, en mr. N.C.H. Blankevoort en
mr. I.M. Bilderbeek, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 3 juli 2025.
Tegen deze beslissing staat op grond van het bepaalde in artikel 512 lid 5 Sv geen voorziening open.