Op 24 juli 2025 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende een Europees aanhoudingsbevel (EAB) dat was uitgevaardigd door het Landgericht Görlitz in Duitsland. De zaak betreft de opgeëiste persoon, geboren in Somalië, die wordt verdacht van mensensmokkel. De rechtbank heeft de behandeling van het EAB op 17 juli 2025 voortgezet, na een eerdere aanhouding op 3 juli 2025. De officier van justitie, mr. A.L. Wagenaar, was aanwezig, evenals de raadsman van de opgeëiste persoon, D.R. Kops. De rechtbank heeft de termijn voor uitspraak verlengd en de gevangenhouding bevolen, met schorsing tot aan de uitspraak.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de opgeëiste persoon de Nederlandse nationaliteit heeft en zich beroept op de garantie van maatschappelijke re-integratie in Nederland. De Staatsanwaltschaft Görlitz heeft een garantie gegeven dat de opgeëiste persoon, indien hij wordt veroordeeld, terug zal worden gestuurd naar Nederland om zijn straf daar uit te zitten. De rechtbank oordeelt dat het EAB voldoet aan de eisen van de Overleveringswet en dat er geen weigeringsgronden zijn. Daarom staat de rechtbank de overlevering toe.
De uitspraak is gedaan door mr. C. Klomp, voorzitter, en mrs. M. Westerman en D.A. Segbedzi, rechters, in aanwezigheid van de griffiers mrs. E.A. Harland en M.C. Hooibrink. Tegen deze uitspraak staat geen gewoon rechtsmiddel open, zoals bepaald in artikel 29, tweede lid, van de Overleveringswet.