In deze zaak vordert Grenkefinance N.V. betaling van huurtermijnen en ontbinding van een leasecontract inzake een printer. De maatschap, gedaagde partij, heeft betwist dat de printer is geleverd, waardoor de huurverplichting niet zou zijn ingegaan. De procedure begon met een dagvaarding op 6 januari 2025, gevolgd door een mondelinge behandeling op 9 juli 2025. Tijdens deze behandeling hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de maatschap de printer niet heeft ontvangen, en dat Grenke niet voldoende bewijs heeft geleverd dat de printer is afgeleverd. Hierdoor zijn de vorderingen van Grenke afgewezen. De kantonrechter heeft Grenke veroordeeld in de proceskosten van de maatschap, die zijn begroot op € 879,50. Het vonnis is uitgesproken op 12 augustus 2025.