ECLI:NL:RBAMS:2025:6512

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
4 september 2025
Publicatiedatum
4 september 2025
Zaaknummer
13/251657-24
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Diefstal met geweld van juwelen uit transportbus

Op 4 september 2025 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die samen met anderen een gewapende overval heeft gepleegd op een transportbus van een juweliersketen. De overval vond plaats op 19 december 2023 in Diemen en Amsterdam, waarbij de bestuurder van de bus onder bedreiging van een vuurwapen en een hamer werd gedwongen om de bus te verlaten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, ondanks zijn ontkenning, betrokken was bij de overval en dat zijn verklaring niet geloofwaardig was. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden, geheel onvoorwaardelijk, en heeft de gevangenneming bevolen vanwege recidivegevaar. De rechtbank heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het is gepleegd en de eerdere veroordelingen van de verdachte. De rechtbank concludeert dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal met bedreiging met geweld, gepleegd door twee of meer verenigde personen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling Publiekrecht
Teams Strafrecht
Parketnummer: 13/251657-24
Datum uitspraak: 4 september 2025
Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:
[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum] 1999 in [geboorteplaats] ,
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres:
[adres] ,
uit anderen hoofde gedetineerd in [verblijfplaats] .

1.Onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 21 augustus 2025.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie, mr. C.M. Casteleijns, en van wat verdachte en zijn raadsman, mr. H.L. Heemskerk, naar voren hebben gebracht.

2.Beschuldiging

Verdachte wordt er – kort gezegd – van beschuldigd dat hij zich op 19 december 2023 in Diemen en/of Amsterdam, in elk geval in Nederland, samen met anderen, heeft schuldig gemaakt aan:
diefstal van een grote hoeveelheid horloges en sieraden uit een transportbus van [bedrijf] , gepleegd met bedreiging met geweld tegen [slachtoffer] , door onder andere met een voertuig de transportbus klem te rijden en een vuurwapen en een hamer te tonen.
De volledige tekst van de tenlastelegging staat in de
bijlagevan dit vonnis. De inhoud daarvan geldt als hier ingevoegd.

3.Waardering van het bewijs

3.1.
Standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van het ten laste gelegde.
3.2.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht om verdachte van het ten laste gelegde vrij te spreken, omdat niet kan worden bewezen dat verdachte zich als (mede)pleger schuldig heeft gemaakt aan diefstal met geweld. Verdachte heeft een verklaring gegeven voor zijn gedragingen die op de beelden te zien zijn.
Het standpunt van de verdediging wordt, voor zover van belang voor de beoordeling, hierna verder bij het oordeel van de rechtbank besproken.
3.3.
Oordeel van de rechtbank
3.3.1.
Feiten en omstandigheden [1]
Op 19 december 2023 heeft [slachtoffer] (hierna: aangever), werkzaam als logistiek medewerker bij [bedrijf] (hierna: [bedrijf] ), aangifte gedaan van diefstal met geweld.
Aangever heeft verklaard dat hij op 19 december 2023 omstreeks 11:15 uur met een lading goederen – die in blauwe bakken worden vervoerd – van het kantoor van [bedrijf] , gelegen aan het [adres] , is weggereden in een grijze Mercedes Vito met het kenteken [kenteken] (hierna: de Mercedes Vito). Aangever zag dat een witte Mini Cooper met het kenteken [kenteken] (hierna: de Mini Cooper) de parkeerhavens aan het [adres] verliet en achter hem aanreed in de richting van de [weg] .
In een bocht op de kruising van de [weg] en de [straat] is de Mercedes Vito tot stilstand gekomen doordat het voertuig door de Mini Cooper werd ingehaald en ‘geblokkeerd’. Aangever zag twee mannen met donkere kleding en een vuurwapen in hun hand (NN1 en NN2) uit de Mini Cooper stappen. NN2 had daarnaast een hamer in zijn hand. Terwijl beide mannen aan de bestuurderszijde naast de Mercedes Vito kwamen staan, riep NN1 op agressieve toon in de Engelse taal “open the door” en in de Spaanse taal “vamos”. Aangever is toen uitgestapt. Vervolgens stapten beide mannen in de Mercedes Vito en reden met het voertuig weg in de richting van de Daalwijkdreef. Een derde persoon, de bestuurder van de Mini Cooper, reed hier achteraan. [2]
Op camerabeelden van de firma Randstad, gelegen aan de [adres] , is te zien dat de Mercedes Vito op 19 december 2023 om 11:17:58 uur over de [weg] rijdt. Daarachteraan rijdt de Mini Cooper. Op de kruising van de [weg] met de [straat] wordt de Mercedes Vito door de Mini Cooper ingehaald. De Mini Cooper verdwijnt vervolgens uit beeld. Daarna verdwijnt ook de Mercedes Vito uit beeld. Op de plek waar de Mercedes Vito was weggereden, loopt een persoon op de rijbaan. Om 11:18:23 uur rijdt de Mercedes Vito die ontvreemd werd, gevolgd door de Mini Cooper, over de [straat] , waarna beide voertuigen rechtsaf slaan naar de Daalwijkdreef. [3]
Diezelfde dag, omstreeks 11:37 uur, troffen verbalisanten de Mercedes Vito en de Mini Cooper aan op parkeerterrein ‘Daalwijk’, gelegen aan de Daalwijkdreef in Amsterdam. Beide voertuigen waren van binnen wit uitgeslagen met poeder. Deze poeder leek afkomstig uit een brandblusser, zo staat in het proces-verbaal omschreven. [4] Naast de Mercedes lag een ‘pin’. Een verbalisant van het Arrestatie Team (AT) Amsterdam bevestigde dat deze ‘pin’ van een brandblusser afkomstig is. [5]
De camera’s van het Leger des Heils in de flat ‘Daalwijk’ hebben op 19 december 2023 op en rondom parkeerterrein ‘Daalwijk’, gelegen aan de Daalwijkdreef, de Daalwijk en de Darlingstraat in Amsterdam beelden opgenomen. [6] Op deze beelden is waargenomen dat de Mercedes Vito en de Mini Cooper, komende uit de richting van de Daalwijkdreef, om 11:19 uur het parkeerterrein oprijden. De Mercedes Vito parkeert naast een witte bedrijfsauto. De witte bedrijfsauto en een donkerkleurige personenauto rijden om 11:23 uur van het parkeerterrein weg. Vermoedelijk betreffen de witte bedrijfsauto en de donkerkleurige personenauto respectievelijk voertuigen van het merk Volkswagen Transporter en Volkswagen T-Roc. [7]
Met een dashcam in de laadruimte van de Mercedes Vito zijn ook beelden van 19 december 2023 opgenomen. Hierop zijn drie personen (NN1, NN2 en NN3) met zwarte kleding en hoofdbedekking te zien. Op een beeldfragment is om 11:20:03 uur te zien dat de schuifdeur van de Mercedes Vito vanaf de buitenzijde van het voertuig door NN1 wordt geopend. Op twee opvolgende beeldfragmenten – die ter terechtzitting zijn getoond – is te zien dat drie personen vanuit de Mercedes Vito vracht overladen naar een witte bestelbus van het merk Volkswagen Transporter. NN3 heeft een brandblusser vast, voordat hij begint te helpen met het uitladen van de Mercedes Vito. Later pakt NN3 de brandblusser opnieuw. Op een ander opvolgend beeldfragment is te zien dat met de brandblusser in de bus wordt gespoten. Dit beeldfragment eindigt om 11:23:11 uur. [8]
Verdachte heeft op zitting verklaard dat hij NN3 is. [9]
De camera’s van de parkeergarage van de [flat] , gelegen aan de [adres]
[de rechtbank begrijpt: de [adres], hebben op 19 december 2023 beelden opgenomen van de in- en uitgang van de parkeergarage. Op deze beelden is te zien dat in de parkeergarage een zwarte Seat Leon met het kenteken [kenteken] (hierna: de Seat Leon) om 12:35:07 uur naar de speedgate rijdt. Op het moment dat de poort open gaat, rijdt de Seat Leon weer achteruit de parkeergarage in. Vervolgens rijden een donkerkleurige Volkswagen T-Roc met het kenteken [kenteken] (hierna: de T-Roc) en een witte Volkswagen Transporter met het kenteken [kenteken] (hierna: de Transporter) de parkeergarage binnen.
Een minuut later parkeren de Seat Leon en de T-Roc naast elkaar op het parkeerdek van de garage. De Transporter parkeert op verdieping -1. De bestuurders van de Seat Leon en de T-Roc begeven zich vervolgens, via het trappenhuis, naar de Transporter. Op een beeldfragment – dat ter terechtzitting is getoond – is te zien dat de bestuurder van de Seat Leon een sprongetje maakt, alvorens hij naast de Transporter staat.
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat zijn broer woont aan de [adres] en dat hij hierdoor beschikte over een toegangspas van bewoners voor de parkeergarage aan de [flat] . Met die toegangspas en de Seat Leon die zijn broer in gebruik had en die in de garage stond, kon hij van binnenuit de speedgate openen, om de Transporter en de T-Roc de parkeergarage naar binnen te laten rijden. Ook heeft verdachte zichzelf herkend als de persoon op de beelden die een sprongetje maakt. [10]
De bestuurders van de drie voertuigen laden vervolgens dozen uit de Transporter en lopen hiermee meerdere keren naar het trappenhuis. [11] De dozen op deze beelden (blauw van kleur en een pakket met een kruis en een roze briefje) vertonen zeer sterke gelijkenissen met de dozen die eerder die dag tijdens de overval op het waardetransport in Diemen werden ontvreemd, aldus de verbalisant die het beeldmateriaal heeft vergeleken. Dit geldt volgens deze verbalisant ook voor de verdachten die bij de overval zijn betrokken. [12] Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij één van de personen is die bezig is met het verplaatsen van de dozen naar de woning van zijn broer. [13]
Het pakket met het roze briefje vertoont gelijkenissen met een beeldfragment ( [fragmentnummer] ) dat eerder die dag in de laadruimte van de Mercedes Vito werd opgenomen. Hierop is te zien dat de lading van de Mercedes Vito op parkeerplaats ‘Daalwijk’ in Diemen wordt overgeladen naar de Transporter. [14]
In totaal zijn 114 goederen van [bedrijf] weggenomen, te weten horloges, sieraden en andere juwelen. [15]
3.3.2.
Beoordeling
De rechtbank stelt op basis van de hierboven beschreven feiten en omstandigheden vast dat verdachte samen met twee anderen het gezamenlijke plan had om de lading horloges en sieraden uit de Mercedes Vito van [bedrijf] te stelen. Zij hebben dit plan ook daadwerkelijk op een doordachte en geraffineerde wijze uitgevoerd, door gebruik te maken van verschillende voertuigen en locaties in het land.
Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij weliswaar vlakbij was toen de overval werd gepleegd en dat hij op het parkeerterrein ‘Daalwijk’ heeft geholpen met het overladen van de dozen en het vervoeren van de dozen naar de woning van zijn broer in [plaats] , maar dat hij van de overval zelf geen enkele weet had. Verdachte heeft verklaard dat hij in de veronderstelling was dat hij ene [naam] , een vriend van zijn broer, hielp te verhuizen naar de woning van zijn broer. Pas toen hij in de woning van zijn broer was, zag hij tot zijn schrik dat er gestolen sieraden en horloges in de dozen zaten, aldus verdachte.
De rechtbank zal de verklaring van verdachte als onaannemelijk terzijde schuiven. Nog daargelaten dat verdachte deze verklaring pas ter terechtzitting heeft afgelegd, is deze verklaring in het licht van het overige bewijs uit het dossier ongeloofwaardig. Hiertoe wordt het volgende overwogen.
De persoon van [naam] is in het strafrechtelijk onderzoek niet eerder door verdachte genoemd en verdachte geeft verder geen aanknopingspunten waarmee de rol en aanwezigheid van deze persoon bij de overval te verifiëren is. Volgens verdachte zou de politie over de gegevens van [naam] moeten beschikken omdat deze persoon erbij zou zijn geweest toen verdachte in een ander strafrechtelijk onderzoek is aangehouden. Naar het oordeel van de rechtbank is deze summiere en op zitting niet te verifiëren informatie te weinig en te laat gedaan om het alternatief scenario, - kort gezegd verdachte wist van niets en is ook maar gebruikt door [naam] - als geloofwaardig te kunnen dragen.
Als verdachte daadwerkelijk pas op het parkeerterrein ‘Daalwijk’ deze [naam] en twee andere - voor hem onbekende - personen zou hebben ontmoet, zou dit betekenen dat er vier personen op dit parkeerterrein aanwezig moeten zijn geweest, namelijk de drie personen die de overval hebben gepleegd en verdachte. Uit de bewijsmiddelen volgt echter dat op de verschillende locaties in Diemen, Amsterdam en Rotterdam telkens drie personen betrokken waren bij respectievelijk het overmeesteren, overladen en uitladen van (de lading van) de Mercedes Vito. De rechtbank gaat er op grond van de bewijsmiddelen van uit dat verdachte steeds één van deze drie personen is geweest.
Het is daarnaast ongeloofwaardig dat verdachte in de veronderstelling was bezig te zijn met een verhuizing van [naam] . Dit past niet bij de op camera’s vastgelegde gedragingen waarbij hij en zijn medeverdachten in hoog tempo, gedeeltelijk met gezichtsbedekking allemaal kleine dozen in hoog tempo aan het overladen zijn. Daar komt nog bij dat verdachte de brandblusser vast had, waarmee kort voor het vertrek duidelijk zichtbaar is gespoten.
Dat verdachte verrast was toen hij er achter kwam dat met de Transporter een overval is gepleegd, is ten slotte ook niet geloofwaardig nu uit het procesdossier volgt dat verdachte in de periode na de overval nog gebruik is blijven maken van de (gestolen) Transporter die is gebruikt bij deze overval.
Door de verdediging is nog aangevoerd dat er geen bewijsmiddelen voorhanden zijn die zien op communicatie van verdachten en dat er daarom geen sprake is van bewijs voor bewuste en nauwe samenwerking. De rechtbank ziet dat anders. De gedragingen van de verdachten en de reisbewegingen van de voertuigen die op de beelden te zien zijn, geven blijk van een geplande ontmoeting tussen de drie verdachten met als doel om de buit uit de Mercedes Vito veilig te stellen. Het handelen van de verdachten is onmiskenbaar gericht geweest op het gezamenlijk uitvoeren van dit plan. Uit de hiervoor beschreven feitelijke gang van zaken die grotendeels op camerabeelden is vastgelegd, is te zien dat de drie verdachten als een geoliede machine hebben samengewerkt.
De rechtbank concludeert dat verdachte zich, samen met twee anderen, heeft schuldig gemaakt aan de ten laste gelegde diefstal met bedreiging met geweld.

4.Bewezenverklaring

De rechtbank acht bewezen dat verdachte:
op 19 december 2023 te Diemen en Amsterdam, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, op de openbare weg [straat] / [weg] , uit een transportbus een grote hoeveelheid horloges en sieraden die aan [bedrijf] toebehoorden, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd vergezeld van bedreiging met geweld tegen [slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door
- met een voertuig een transportbus van [bedrijf] klem te rijden en
- die [slachtoffer] een vuurwapenen en een hamer voor te houden en
- tegen die [slachtoffer] te roepen: “Open the door” en “Vamos” en
- die [slachtoffer] te bewegen uit de transportbus te stappen en
- vervolgens in de transportbus te stappen en
- met de transportbus met daarin die grote hoeveelheid horloges en sieraden van [bedrijf] weg te rijden.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

5.Strafbaarheid van het feit en van verdachte

Het bewezen geachte feit is volgens de wet strafbaar en verdachte is daarvoor strafbaar.

6.Motivering van de straf

6.1.
Strafeis van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden. Daarnaast heeft de officier van justitie de gevangenneming van verdachte gevorderd.
6.2.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft geen strafmaatverweren gevoerd. De raadsman heeft verzocht om de vordering tot gevangenneming af te wijzen.
6.3.
Oordeel van de rechtbank
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals daarvan ter terechtzitting is gebleken.
De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
Verdachte heeft zich, samen met anderen, schuldig gemaakt aan diefstal met bedreiging met geweld. De verdachten hebben op klaarlichte dag een transportbus, waarin een lading horloges en sieraden met een waarde van ruim een half miljoen euro van [bedrijf] werden vervoerd, klemgereden en de bestuurder van het voertuig onder bedreiging van vuurwapens overmeesterd. De gebeurtenis moet voor de bestuurder van de transportbus zeer angstig zijn geweest. Dat de waarde van de gestolen buit door de verzekering aan [bedrijf] is vergoed, neemt niet weg dat dit bedrijf als gevolg van de overval overlast en hinder heeft ervaren.
Uit het strafblad van 30 juni 2025 verdachte komt naar voren dat verdachte eerder, bij arrest van het gerechtshof Den Haag van 20 september 2022, onherroepelijk is veroordeeld tot een deels voorwaardelijke gevangenisstraf voor een bedreiging en het voorhanden hebben van een vuurwapen. De aan deze veroordeling gekoppelde proeftijd was ten tijde van het bewezen verklaarde in de onderhavige strafzaak nog niet voorbij.
De rechtbank heeft bij het bepalen van de straftoemeting acht geslagen op de LOVS-oriëntatiepunten. Voor een overval op een geldtransport of een vrachtwagen, waarbij met geweld is gedreigd, wordt uitgegaan van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 30 maanden. De rechtbank weegt als strafverzwarend mee dat verdachte de overval samen met anderen heeft gepleegd en dat hij eerder (onherroepelijk) is veroordeeld voor soortgelijke feiten. Ook de geraffineerde wijze van handelen – met geen ander doel dan financieel gewin – en het feit dat verdachte geen verantwoordelijkheid heeft genomen, weegt de rechtbank in het nadeel van verdachte mee.
Alles afwegende zal de rechtbank – in overeenstemming met de eis van de officier van justitie – overgaan tot oplegging van een gevangenisstraf van 36 maanden.
Daarnaast zal de rechtbank de gevangenneming van verdachte bevelen wegens de twaalfjaarsgrond en het recidivegevaar.

7.Toepasselijke wettelijke artikelen

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 47 en 312 van het Wetboek van Strafrecht.

8.Beslissing

De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 4 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
diefstal, vergezeld van bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd op de openbare weg en terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte,
[verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvan
36 (zesendertig) maanden.
Beveelt de
gevangennemingvan verdachte, welk bevel ook apart is opgesteld.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.M. Loots, voorzitter,
mrs. R. van de Water en M. Samadi, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. K.P.M. Smeets, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 4 september 2025.

Voetnoten

1.Voor zover niet anders vermeld, wordt in de hierna volgende voetnoten telkens verwezen naar bewijsmiddelen die zich in het aan deze zaak ten grondslag liggende dossier, met nummer 2023286427 (onderzoek “Chalarus”) bevinden, volgens de in dat dossier toegepaste nummering. Tenzij anders vermeld, gaat het daarbij om processen-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren. De inhoud van de processen-verbaal is telkens zakelijk weergegeven.
2.Proces-verbaal van aangifte, genummerd PL1300-2023286427-8, p. 001-004.
3.Proces-verbaal van bevindingen, genummerd PL1300-2023286427-34, p. 037-040.
4.Proces-verbaal van bevindingen, genummerd PL1300-2023286427-9, p. 009-012.
5.Proces-verbaal van bevindingen, genummerd PL1300-2023286427-14, p. 016-018.
6.Proces-verbaal van bevindingen, genummerd PL1300-2023286427-9, p. 047-059.
7.Proces-verbaal van bevindingen (incl. fotobijlagen), genummerd PL1300-2023286427-12, p. 041-046.
8.Proces-verbaal van bevindingen, genummerd PL1300-2023286427-16, p. 108-118.
9.De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 21 augustus 2025.
10.De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 21 augustus 2025.
11.Proces-verbaal van bevindingen (incl. fotobijlage), genummerd PL1300-2023286427-83, p. 129-193.
12.Proces-verbaal van bevindingen, documentcode: 2401270910.AMB, p. 123-128.
13.De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 21 augustus 2025.
14.De waarneming van de rechtbank ter terechtzitting van 21 augustus 2025.
15.Proces-verbaal van bevindingen (incl. bijlage), genummerd PL1300-2023286427-36, p. 092-107.