Uitspraak
1.Procesverloop
2.Beoordeling
3.Beslissing
.
Rechtbank Amsterdam
Op 9 september 2025 heeft de Rechtbank Amsterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende de rechterlijke machtiging tot opname en verblijf van een betrokkene, geboren in 1940, die lijdt aan een psychogeriatrische aandoening, specifiek vasculaire dementie. Het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) had een verzoek ingediend voor een machtiging voor de duur van twee jaar, op basis van artikel 24 van de Wet zorg en dwang (Wzd). Tijdens de mondelinge behandeling werd duidelijk dat de betrokkene consistent verbaal verzet toont tegen haar verblijf in de accommodatie, wat volgens de rechtbank niet kan worden genegeerd. De rechtbank oordeelde dat er sprake is van ernstig nadeel, waaronder levensgevaar en ernstige verwaarlozing, en dat de betrokkene wilsonbekwaam is ten aanzien van het besluit om al dan niet in een instelling te verblijven. De rechtbank concludeerde dat de opname en het verblijf noodzakelijk zijn om het ernstig nadeel te voorkomen. De machtiging werd verleend voor een periode van twee jaar, tot en met 9 september 2027. De beschikking werd openbaar uitgesproken door rechter A. van Luijck, bijgestaan door griffier J. Koomen.