Uitspraak
RECHTBANK Amsterdam
1.De procedure
2.De feiten
“Leaver Price”) zal ingevolge artikel 6.8 sub (b) van de Administratievoorwaarden dan ook gelijk zijn aan het lagere van de aankoopprijs van de certificaten en de marktwaarde van de door de STAK LMS gehouden aandelen op de Leaver Date. Dat is in dit geval de aankoopprijs van de certificaten. (…)
3.Het geschil
4.De beoordeling
fair market valuevan de certificaten op de datum die als Leaver Event is aan te merken. Partijen zijn het er niet over eens of [eiser] als Good Leaver of als Bad Leaver is te beschouwen. Ook over de datum die als Leaver Event heeft te gelden, verschillen partijen van mening.
- Threeforce heeft in maart 2023 het dienstverband met [eiser] niet beëindigd wegens een dringende reden, maar in plaats daarvan is [eiser] toen vrijgesteld van werkzaamheden met behoud van salaris en is Threeforce vervolgens met [eiser] in gesprek gegaan over beëindiging van het dienstverband.
- Ook aan het in april 2024 gedane verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst heeft Threeforce geen dringende reden ten grondslag gelegd, maar (primair) een verstoorde arbeidsverhouding.
- De kantonrechter heeft in de beschikking van 19 juli 2024 – in het kader van het recht op een transitievergoeding en het bepaalde in artikel 7:673 lid 7 BW – geoordeeld dat het eindigen van de arbeidsovereenkomst niet het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van [eiser] .
- Hoewel niet STAK LMS maar Threeforce de werkgever was van [eiser] , is wel sprake van een nauwe verwevenheid tussen Threeforce en STAK LMS. Zo berust de zeggenschap over beide rechtspersonen grotendeels bij dezelfde personen, omdat de bestuurders van STAK LMS ook bestuurder bij Threeforce zijn. Daarom kunnen de door Threeforce gemaakte keuzes over de wijze van beëindiging van het dienstverband in deze procedure aan STAK LMS worden tegengeworpen.
- het aantal en het specialisme van de te benoemen deskundige(n);
- de persoon van de te benoemen deskundige(n);
- de aan de deskundige(n) voor te leggen vragen.
5.De beslissing
woensdag 15 oktober 2025voor het gelijktijdig nemen van een akte door beide partijen over wat is vermeld onder 4.23 tot en met 4.26,