Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Onderzoek op de zitting
2.Ontnemingsvordering
3.Grondslag van de vordering
4.Wederrechtelijk verkregen voordeel
1.Te veel ingenomen co-substraten
De hoeveelheid te veel ingenomen co-substraten is berekend uit het verschil tussen:
a) de ingenomen hoeveelheid co-substraten; en
a) Ingenomen hoeveelheid co-substraten
Conform de vergunningsvoorwaarden van [veroordeelde] was het niet toegestaan om meer co-substraten in de vergister te verwerken dan mest, het minimale aandeel mest moest 50% zijn (Verhoudingsvoorschrift 6.5.6 uit de vergunning (conform BIJL:01, dossierpagina 516). Concreet betekent dit dat er niet meer co-substraat in de vergister mag worden gedaan dan er mest is toegevoegd.
(conform achtereenvolgens: ALG.11.01, dossierpag. 292, ALG.12.01, pag. 303 en ALG.13.01, pag. 309). De maximaal beschikbare mest is, gelet op vergunningsvoorschrift 6.5.6, gelijk aan de maximaal toegestane inname van co-substraten.
2.Gemiddelde opbrengst per ton co-substraat
3.Totale opbrengst van het te veel ingenomen co-substraat
Het wederrechtelijk verkregen voordeel van [veroordeelde] bestaat uit de totale opbrengst van het te veel ingenomen co-substraat. Dit is berekend door het onder 1. berekende te veel ingenomen cosubstraten in tonnen te vermenigvuldigen met de onder 2. genoemde gemiddelde opbrengst per ton co-substraat per jaar:
5.Verplichting tot betaling
6.Toepasselijke wettelijke voorschriften
7.Beslissing
[veroordeelde]de verplichting tot betaling van € 134.533,05 (honderdvierendertigduizend vijfhonderddrieëndertig euro en vijf eurocent) aan de Staat.