In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 3 november 2025 uitspraak gedaan in een verzoek tot wijziging van de kinderalimentatie. De man, die niet erkend heeft dat hij de vader is van de minderjarige, verzoekt de alimentatie te verlagen naar € 25,- per maand, met terugwerkende kracht vanaf 15 juli 2020. De vrouw verzet zich tegen dit verzoek en vraagt de man te veroordelen in de proceskosten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de man onvoldoende inzicht heeft gegeven in zijn financiële situatie en dat hij niet heeft voldaan aan zijn waarheids- en volledigheidsplicht. De rechtbank oordeelt dat de man niet-ontvankelijk is in zijn verzoek tot wijziging van de alimentatie, omdat hij niet de benodigde financiële gegevens heeft overgelegd. Tevens is de rechtbank van oordeel dat de man nodeloos heeft geprocedeerd, wat leidt tot een proceskostenveroordeling. De man wordt veroordeeld tot betaling van € 320,- aan griffierecht en € 1.302,- aan advocaatkosten, te vermeerderen met nakosten en wettelijke rente. De beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.