ECLI:NL:RBARN:2001:AD6802
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - meervoudig
- A.T.M. Vrijhoeven
- B.N. Crol
- R. de Vreede
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in strafzaak wegens criminele organisatie en medeplegen
In de zaak voor de Rechtbank Arnhem, met parketnummer 05/091003-01, heeft de meervoudige kamer op 10 december 2001 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. T.H.U. Hiddema. De zitting vond plaats op 26 november 2001, waar de officier van justitie een gevangenisstraf van vier jaar eiste voor de tenlastegelegde feiten, waaronder deelname aan een criminele organisatie. De rechtbank heeft de tenlastelegging, zoals opgenomen in de dagvaarding, in overweging genomen en vastgesteld dat er wijzigingen zijn aangebracht in de tenlastelegging, zonder dat de verdachte in zijn verdediging is geschaad.
Tijdens de zitting is de verdachte gehoord, en zijn raadsman heeft de verdediging gevoerd. De rechtbank heeft de bewijsvoering van de officier van justitie kritisch beoordeeld en geconcludeerd dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs is voor de tenlastegelegde feiten. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen sprake was van een criminele organisatie in de zin van artikel 140 van het Wetboek van Strafrecht, omdat er geen voldoende structuur en duurzaamheid aanwezig was. Bovendien ontbraken de voorwaarden voor een bewezenverklaring van medeplegen, zoals 'bewuste samenwerking' en 'gezamenlijke uitvoering'.
Op basis van deze overwegingen heeft de rechtbank besloten om de verdachte vrij te spreken van de tenlastegelegde feiten. De uitspraak is gedaan in het openbaar, waarbij de rechtbank de beslissing heeft gemotiveerd en de vrijspraak heeft uitgesproken.