ECLI:NL:RBARN:2001:AD7710

Rechtbank Arnhem

Datum uitspraak
21 december 2001
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
Zaak/rolnummer: 81140 / KG ZA 01-716
Instantie
Rechtbank Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • J.A.Z. Hooft Graafland
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis in kort geding over aanbesteding van vervoersdiensten door Presikhaaf Bedrijven

In deze zaak heeft de besloten vennootschap Novionet B.V. Presikhaaf Bedrijven gedagvaard in kort geding, naar aanleiding van een aanbestedingsprocedure voor het vervoer van personeel. Novionet vorderde dat de voorlopige gunning aan taxibedrijf Koning ongedaan zou worden gemaakt en dat Presikhaaf Bedrijven niet zonder een nieuwe aanbestedingsprocedure een overeenkomst met een andere vervoerder zou sluiten. De president van de rechtbank heeft op 21 december 2001 vonnis gewezen. De procedure was gestart na een voorlopige gunning aan taxibedrijf Koning, waar Novionet zich niet mee kon verenigen. De president oordeelde dat Presikhaaf Bedrijven onzorgvuldig had gehandeld door wijzigingen aan te brengen in de beoordelingscriteria zonder Novionet hierover te informeren. Dit was in strijd met de zorgvuldigheid die van een aanbestedende dienst verwacht mag worden. De president oordeelde dat het belang van Novionet bij een zorgvuldige herbeoordeling van haar offerte zwaarder woog dan het belang van Presikhaaf Bedrijven om snel een vervoerder aan te stellen. Daarom werd de vordering van Novionet toegewezen, met uitzondering van de vordering om het personeelsvervoer aan haar te gunnen. Presikhaaf Bedrijven werd veroordeeld in de kosten van de procedure. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

Arrondissementsrechtbank te Arnhem
Sector civiel recht
Zaak/rolnummer: 81140 / KG ZA 01-716
Datum uitspraak: 21 december 2001
Vonnis
in kort geding
in de zaak van
de besloten vennootschap
NOVIONET B.V.,
gevestigd te Nijmegen,
eiseres bij dagvaarding van 23 november 2001,
procureur mr. J.A.M.P. Keijser,
advocaat mr. T.E.P.A.Lam te Nijmegen,
tegen
het openbaar lichaam
WERKVOORZIENING MIDDEN-GELDERLAND,
h.o.d.n. Presikhaaf Bedrijven,
zetelende te Arnhem,
gedaagde,
procureur mr.F.J.Perquin,
advocaat mr. H.Zeilmaker te Nijmegen.
Partijen worden hierna ook aangeduid als Novionet en Presikhaaf Bedrijven.
1. Het verloop van de procedure
1.1. Novionet heeft Presikhaaf Bedrijven ter zitting in kort geding doen dagvaarden en bij mondelinge conclusie van eis gevorderd als weergegeven in de dagvaarding.
Presikhaaf Bedrijven heeft geconcludeerd tot weigering van de gevorderde voorzieningen.
De advocaat van Novionet en de advocaat van Presikhaaf Bedrijven hebben de zaak bepleit, overeenkomstig de door hen overgelegde pleitnotities.
Daarbij hebben zij producties in het geding gebracht.
Ten slotte hebben partijen vonnis gevraagd.
Vanwege de spoedeisendheid van de zaak heeft de president op 21 december 2001 vonnis gewezen. Hierna worden de overwegingen van dat vonnis gegeven.
2. De vaststaande feiten
2.1. Presikhaaf Bedrijven is een aanbestedende dienst als bedoeld in artikel 1 sub b van de Richtlijn Diensten 92/50 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 18 juni 1992 (hierna te noemen: Richtlijnen Diensten).
2.2. Presikhaaf Bedrijven wenst het vervoer van haar personeelsleden per 1 januari 2002 uit te besteden en heeft op 31 mei 2001 aangekondigd dat zij de vervoersdiensten aanbesteedt, waarna in de tweede helft van 2001 een aanbestedingsprocedure is gevolgd.
2.3. De aanbestedingsprocedure betreft de niet-openbare procedure met voorafgaande selectie. Er is een eerste fase voor selectie van geschikte aanbieders geweest, waarna vijf gegadigden, die het meest overtuigend voldeden aan de selectiecriteria, zijn uitgenodigd tot de tweede fase, te weten de indiening van de offerte.
2.4. In paragraaf 2.6, de procedure bij gunning, is beschreven:
"Na de openingssessie worden de aanbiedingen beoordeeld op de invulling van de gestelde eisen en wensen. De aanbiedingen zullen voor wat het voldoen aan de wensen van de aanbestedende dienst betreft ten opzichte van elkaar worden beoordeeld. Wie van de inschrijvers het beste aan de wensen voldoet eindigt voor einig (sub)criterium op de eerste plaats, enzovoort. Er wordt derhalve een realtionele score aan de invulling gegeven."
2.5. Het gunningscriterium is de economisch voordeligste aanbieding. De deelcriteria en het gewicht van ieder criterium staan als volgt verwoord in het bestek:
Route-indeling (zeer belangrijk)
Prijs (ruim belangrijk)
Kwaliteit (ruim belangrijk)
Overname huidige vervoermiddelen (belangrijk)
Overname huidig personeel vervoermiddelen (belangrijk)
2.6. Op 31 augustus 2001 vond de aanbesteding plaats. Presikhaaf Bedrijven heeft besloten tot gunning aan taxibedrijf Koning. Bij brief van 15 oktober 2001 is Novionet over het voorlopige gunningsbesluit geïnformeerd en bij brief van 22 oktober 2001 is dit besluit nader gemotiveerd.
3. Het geschil
3.1. Novionet vordert primair dat de (voorlopige) gunning aan taxibedrijf Koning ongedaan wordt gemaakt en een verbod aan Presikhaaf Bedrijven de uitvoering van het personeelsvervoer aan een ander te gunnen dan aan Novionet en subsidiair een verbod aan Presikhaaf bedrijven om, zonder daartoe een nieuwe aanbestedingsprocedure te hebben gehouden op basis van objectieve en verifieerbare criteria, ter zake de uitvoering van haar personeelsvervoer een overeenkomst te sluiten en daaraan invulling te geven, een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom.
3.2. Novionet legt aan haar vordering - kort weergegeven - het volgende ten grondslag:
- Presikhaaf Bedrijven heeft het voorlopig gunningsbesluit onzorgvuldig en onvoldoende gemotiveerd;
- Presikhaaf Bedrijven heeft (kennelijk) achteraf aanvullende criteria gesteld die niet vooraf bekend zijn gemaakt;
- Presikhaaf Bedrijven heeft wegingscriteria gebruikt zonder dat is aangegeven hoe deze wegingsfactoren in de uiteindelijke beoordeling zouden uitwerken.
3.3. Presikhaaf Bedrijven heeft gemotiveerd verweer gevoerd, welk verweer hierna, voor zover nodig, wordt besproken.
4. De beoordeling van het geschil
4.1. Nu Presikhaaf Bedrijven een aanbestedende dienst is als bedoeld in artikel 1 b van de Richtlijn Diensten wordt onderhavig geschil beoordeeld op basis van het in die Richtlijn Diensten bepaalde. Daarnaast dient het handelen van Presikhaaf Bedrijven tevens getoetst te worden aan de algemene beginselen van het aanbestedingsrecht, inhoudende de publiekrechtelijke algemene beginselen van behoorlijk bestuur en de civielrechtelijke normen met betrekking tot de precontractuele rechtsverhouding. Conform vaste jurisprudentie kan de rechter niet volstaan met slechts een marginale toetsing van het geschil.
4.2. Gelet op deze toetsingscriteria dient een besluit derhalve gemotiveerd te worden. Terecht wijst Presikhaaf Bedrijven op de zaak T-19/95, Adia Interium, waarin de Europese Commissie heeft bepaald dat volstaan kan worden met een (zeer) summiere motivering. Geoordeeld wordt dat met de door haar gegeven motivering, waaruit in ieder geval blijkt op welke criteria Novionet beter/slechter dan wel gelijk scoorde ten opzichte van het bedrijf dat de (voorlopige) gunning heeft gekregen, Presikhaaf Bedrijven voldoet aan haar motiveringsverplichting. De president acht geen termen aanwezig in onderhavige zaak een zwaardere motiveringsverplichting aan Presikhaaf Bedrijven op te leggen. Bovendien is het in casu de vraag, nu ter zitting in ieder geval die nadere motivering is gegeven, welk belang Novionet alsnog zou hebben bij vernietiging van het besluit wegens ondeugdelijke motivering, aangezien zo'n vernietiging geenszins inhoudt dat het besluit inhoudelijk ook onjuist is, zoals ook door Presikhaaf Bedrijven is betoogd.
4.3. De stelling van Novionet dat uit de wegingsfactoren zeer belangrijk, ruim belangrijk en belangrijk onvoldoende blijkt op welke wijze de verschillen in gewicht in de uiteindelijke beoordeling zullen doorwerken, wordt eveneens verworpen. Met het aangeven van deze rangorde van belangrijkheid heeft Presikhaaf Bedrijven voldoende uitvoering gegeven aan het bepaalde in artikel 36, lid 2 van de Richtlijn Diensten en de daarbij behorende bijlage III (onder C 14) en daarmee haar selectie-eisen voldoende gekwalificeerd als een objectieve, eenduidige en proportionele eis. Het bij de beoordeling gehanteerde puntensysteem diende slechts als hulpmiddel bij de uiteindelijke waardering en behoefde niet (afzonderlijk) te worden gepubliceerd. Overigens concludeert de president dat het hanteren van het puntensysteem niet tot andere uitkomsten leidt dan het hanteren van door Presikhaaf Bedrijven gehanteerde rangorde-systeem.
4.4. De gunningscriteria die een aanbestedende dienst formuleert behoeven niet op alle aspecten geheel uitputtend te zijn verwoord in het bestek. Het staat de aanbestedende instantie vrij om de gunningscriteria in het stadium van beoordeling nader uit te werken, uit te splitsen dan wel te interpreteren. Als voorwaarde daarbij geldt dat dergelijke nadere specificatie valt onder het bereik van het oorspronkelijke gunningscriterium en niet leidt tot wijziging daarvan. De aanbestedende dienst mag derhalve geen nieuw gunningscriterium introduceren. Daarbij is van belang dat het subcriterium functioneel is in die zin dat de aanbestedende dienst dit criterium mocht stellen gelet op de inhoud van de aanbestede opdracht en niet als minimumeis wordt gehanteerd, maar slechts als beoordelingsmaatstaf ter onderlinge vergelijking van de offertes.
4.5. Uit de stukken en het verhandelde ter zitting blijkt dat Taxi Koning in de visie van Presikhaaf Bedrijven beter heeft gescoord op het criterium route-planning, aangezien Taxi Koning de personen in de kortste tijd kan vervoeren. Naar het voorlopig oordeel van de president is het criterium van de kortste reistijd per persoon geen nieuw criterium, dan wel een wijziging van het in het bestek onder 5.1, nader uitgewerkt in bijlage 4, geformuleerde criterium, zoals Novionet stelt. Door aan het criterium route-planning de hoogste waardering toe te kennen, heeft Presikhaaf Bedrijven voldoende kenbaar gemaakt een voor haar werknemers zo'n gunstig mogelijk vervoerplan na te streven. Een zo'n gunstig mogelijk vervoerplan impliceert logischerwijs dat de reistijd voor het woon-werkverkeer van haar personeel zo kort mogelijk dient te zijn. Daaraan doet hetgeen in bijlage 4 onder 10 is bepaald niet af. Novionet heeft blijkens haar stelling veel waarde aan deze bepaling toegekend in die zin dat zij de planning (voor haarzelf) zo efficient mogelijk heeft opgesteld, om daarmee de prijs ook zo laag mogelijk te houden. Nu het criterium prijs echter minder belangrijk is gewaardeerd dan het criterium route-planning, had het Novionet duidelijk moeten zijn, althans kunnen zijn, dat zij niet ten behoeve van de prijs op de route-planning diende in te schikken. Gelet op het bepaalde in paragraaf 2.6 Procedure bij gunning, zoals hiervoor onder 2.4 vermeld, heeft Presikhaaf Bedrijven derhalve kunnen oordelen dat Taxi Koning ten aanzien van dit gunningscriterium beter scoorde dan Novionet.
4.6. Tijdens het verhandelde ter zitting heeft Presikhaaf Bedrijven de betere score van taxibedrijf Koning op kwaliteit gemotiveerd met de overweging dat dit bedrijf op het onderdeel "bereikbaarheid van de centrale" beter scoorde. Het taxibedrijf beschikt namelijk over een centrale die meer uren per dag bemand is met kantoorpersoneel dat met de speciale doelgroep, waarvoor het vervoer moet worden geregeld, bekend is. Naar het voorlopig oordeel van de president heeft Presikhaaf Bedrijven door dit criterium aan te leggen haar in 4.7 van het bestek geformuleerde eis ten aanzien van de bereikbaarheid van de centrale gewijzigd, namelijk in die zin dat zij de centrale ook buiten de door haar genoemde uren van bereikbaarheid bemand wil zien met personeel dat met de specifieke doelgroep bekend is en niet slechts met technisch geschikt personeel. Geoordeeld wordt dat deze eis niet kan worden aangemerkt als een uitwerking of interpretatie van de eis, zoals die is geformuleerd onder 4.7 van het bestek. Eveneens wordt geoordeeld dat deze eis zo specifiek is dat ze daarom niet is aan te merken als slechts een beoordelingsmaatstaf ter onderlinge vergelijking van de offertes. Het bepaalde in artikel 32 van de Richtlijn doet daaraan niet af.
Nu Presikhaaf Bedrijven het criterium ten aanzien van de bereikbaarheid centrale tijdens de beoordelingsfase heeft gewijzigd, had het op haar weg gelegen Novionet daarover te informeren en in de gelegenheid te stellen haar offerte op dit punt aan te passen. Door dit na te laten heeft Presikhaaf Bedrijven op dit onderdeel gehandeld in strijd met de zorgvuldigheid die haar betaamt, hetgeen onrechtmatig is jegens Novionet.
4.7. Op grond van een belangenafweging dient te worden beoordeeld of dit onrechtmatig handelen consequenties dient te hebben. Het belang van Novionet bij een nieuwe - zorgvuldige - beoordeling van haar offerte is evident: deze zou immers, indien Novionet alsnog gelijk of beter scoort dan Taxi Koning op het onderdeel kwaliteit, kunnen leiden tot de conclusie dat zij de economisch meest voordeligste aanbieding heeft gedaan. Het belang van Presikhaaf Bedrijven is eveneens evident. Zij heeft er belang bij te weten welke vervoerder op 2 januari 2002 het vervoer van de werknemers van Presikhaaf Bedrijven gaat uitvoeren. Gelet op het feit dat Novionet niets valt te verwijten omdat nadere invulling van de bereikbaarheid van de centrale niet blijkt uit het bestek, en Presikhaaf Bedrijven de vertraging derhalve aan zichzelf te wijten heeft, weegt het belang van Novionet zwaarder en wordt een voorziening voorshands noodzakelijk geacht. Het door Novionet gevorderde zal worden toegewezen, met uitzondering van de vordering dat Novionet het personeelsvervoer gegund zal worden, en met mitigering van de gevorderde dwangsom.
4.8. Als de in het ongelijk gestelde partij dient Presikhaaf de kosten van deze procedure te dragen.
De beslissing
De president
1. Veroordeelt Presikhaaf Bedrijven de (voorlopige) gunning aan Taxi Koning ongedaan te maken en verbiedt Presikhaaf Bedrijven om, zonder daartoe een nieuwe aanbestedingsprocedure te hebben gehouden op basis van objectieve en verifieerbare criteria, ter zake de uitvoering van haar personeelsvervoer een overeenkomst met Taxi Koning te sluiten en daaraan invulling te geven, een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van f. 5.000,00 (of het equivalent daarvan in euro's) per dag of gedeelte van een dag dat Presikhaaf Bedrijven, na betekening van dit vonnis, in strijd met deze veroordeling handelt, met een maximum van f. 50.000,00 (of het equivalent daarvan in euro's),
2. veroordeelt Presikhaaf Bedrijven in de kosten van deze procedure, tot aan deze uitspraak aan de zijde van Novionet bepaald op f.1.550,00 voor salaris en op f.427,00 voor verschotten,
3. verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
4. weigert het anders of meer gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.A.Z. Hooft Graafland en in het openbaar uitgesproken op 21 december 2001 in tegenwoordigheid van de griffier mr. I.A. van Gemert, terwijl de overwegingen waarop de beslissing stoelt afzonderlijk zijn geminuteerd, eveneens op 21 december 2001, evenwel na het verzenden van het vonnis.