ECLI:NL:RBARN:2003:AF5933
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- D.J. Post
- C.M.E. de Man
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van een bestreden besluit inzake een last onder dwangsom opgelegd door de gemeente Kesteren
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 11 maart 2003 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser A, wonende te B, en verweerder, het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Kesteren. Eiser had bezwaar gemaakt tegen een besluit van verweerder van 28 maart 2000, waarbij hem een last onder dwangsom was opgelegd. De rechtbank heeft het beroep van eiser gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd. De rechtbank oordeelde dat het bestreden besluit niet op een deugdelijke motivering berustte, omdat het advies van de Regionale Commissie voor de bezwaar- en beroepschriften, dat als basis voor het besluit diende, ontbrak. Dit advies was zoek geraakt, waardoor de rechtbank niet kon vaststellen of de motivering van het bestreden besluit correct was. De rechtbank heeft verweerder opgedragen om een nieuw besluit te nemen op het bezwaar van eiser, met inachtneming van de uitspraak. Daarnaast is verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiser, die zijn begroot op € 644, en dient de gemeente Kesteren het door eiser betaalde griffierecht van € 102,10 te vergoeden. Tegen deze uitspraak staat, behoudens het bepaalde in artikel 6:24 juncto 6:13 van de Awb, binnen zes weken hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.