ECLI:NL:RBARN:2004:AP3481
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Kwalificatie van een overeenkomst als huurkoopovereenkomst tussen Dexia Bank Nederland N.V. en X
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 21 april 2004 uitspraak gedaan in een geschil tussen Dexia Bank Nederland N.V. en X. Dexia, eiseres in de hoofdzaak, vorderde betaling van een bedrag van € 6.710,69 van X, gedaagde in de hoofdzaak. De vordering was gebaseerd op een overeenkomst die Dexia met X had gesloten voor het product WinstVerDriedubbelaar. Dexia stelde dat de overeenkomst was geëindigd na het verstrijken van de overeengekomen looptijd en dat zij een eindafrekening had verzonden ter hoogte van € 5.503,13. X weigerde echter tot betaling over te gaan en voerde aan dat de overeenkomst gekwalificeerd moest worden als een huurkoopovereenkomst, waarvoor de sector kanton bevoegd zou zijn.
De rechtbank heeft de kwalificatie van de overeenkomst als huurkoopovereenkomst beoordeeld. Volgens artikel 7A:1576 lid 1 BW is voor een huurkoopovereenkomst vereist dat er sprake is van koop en verkoop op afbetaling. De rechtbank oordeelde dat de overeenkomst tussen Dexia en X niet aan deze definitie voldeed. De rechtbank concludeerde dat het uitgangspunt van de overeenkomst niet was dat de aandelen in eigendom van de lessee overgingen, maar dat deze aan het einde van de looptijd aan een derde zouden worden verkocht. Dit werd ondersteund door de voorwaarden van de overeenkomst en de praktijk van Dexia, waarbij cliënten vaak kozen voor verkoop of verlenging van de leaseovereenkomst in plaats van daadwerkelijke levering van de aandelen.
De rechtbank verwierp het verweer van X en oordeelde dat de overeenkomst niet als huurkoop kon worden gekwalificeerd. De incidentele vordering van X werd afgewezen, en X werd veroordeeld in de kosten van het incident. De rechtbank hield verdere beslissingen aan, maar verklaarde het vonnis uitvoerbaar bij voorraad. Deze uitspraak benadrukt het belang van de kwalificatie van overeenkomsten en de gevolgen daarvan voor de bevoegdheid van de rechtbank.