ECLI:NL:RBARN:2005:AT6771
Rechtbank Arnhem
- Kort geding
- H.W. Collewijn
- Rechtspraak.nl
Beslag op schilderij van Cornelis Springer in kort geding
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Arnhem op 13 april 2005 uitspraak gedaan in een kort geding tussen eiser en gedaagde over een geschil rondom een schilderij van Cornelis Springer, getiteld 'Gezicht op Makkum'. Eiser, die het schilderij op een veiling van Sotheby's had ingebracht, vorderde de opheffing van het beslag dat gedaagde op het schilderij had gelegd. Eiser stelde dat hij het schilderij had gekocht van gedaagde voor € 125.000,00 en dat de koopovereenkomst op of omstreeks 18 augustus 2004 tot stand was gekomen. Gedaagde betwistte dit en voerde aan dat het schilderij slechts in onderpand was gegeven aan eiser.
De voorzieningenrechter oordeelde dat eiser voldoende aannemelijk had gemaakt dat hij de eigenaar van het schilderij was geworden door de aankoop. Het verweer van gedaagde dat het schilderij in bruikleen was gegeven, werd verworpen. De voorzieningenrechter oordeelde verder dat het belang van eiser bij het opheffen van het beslag zwaarder woog dan het belang van gedaagde bij het handhaven van het beslag. Daarom werd de vordering van eiser tot opheffing van het beslag toegewezen.
Daarnaast wees de voorzieningenrechter de vordering van eiser om gedaagde te verbieden het veilinghuis te bezoeken tot en met de veilingdatum af, omdat dit een inbreuk op het grondrecht van bewegingsvrijheid zou vormen. De proceskosten werden gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten moest dragen. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.