ECLI:NL:RBARN:2005:AT7147
Rechtbank Arnhem
- Kort geding
- H.W. Collewijn
- Rechtspraak.nl
Arbeidsgeschil over beëindiging arbeidsovereenkomst en beslaglegging
In deze zaak, die voor de Rechtbank Arnhem is behandeld, betreft het een arbeidsgeschil tussen de besloten vennootschap Beachcomber Hot Tubs Europe B.V. en een gedaagde, die in Duitsland woont. De arbeidsovereenkomst tussen partijen, die op 17 februari 2004 was gesloten voor de duur van een jaar, eindigde op 31 maart 2005. De gedaagde stelde dat de arbeidsovereenkomst was omgezet in een overeenkomst voor onbepaalde tijd, maar Beachcomber Europe betwistte dit. De gedaagde had beslag gelegd op de vorderingen van Beachcomber Europe, omdat hij meende recht te hebben op doorbetaling van zijn salaris en vakantiegeld. De voorzieningenrechter oordeelde dat de gedaagde onvoldoende aannemelijk had gemaakt dat de arbeidsovereenkomst was omgezet in een overeenkomst voor onbepaalde tijd. De voorzieningenrechter oordeelde dat het beslag op de vordering tot doorbetaling van salaris moest worden opgeheven, maar dat het beslag op het vakantiegeld van de gedaagde moest worden gehandhaafd, omdat Beachcomber Europe niet had aangetoond dat dit vakantiegeld was uitbetaald. De kosten van het kort geding werden gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij haar eigen kosten draagt. Het vonnis werd uitgesproken op 2 mei 2005.