ECLI:NL:RBARN:2005:AT8536

Rechtbank Arnhem

Datum uitspraak
15 juni 2005
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
358898\CV EXPL 04-3836
Instantie
Rechtbank Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van abonnementskosten en wettelijke rente na niet tijdige opzegging van een lidmaatschap

In deze zaak vorderde de eisende partij, Lis B.V., betaling van abonnementskosten van de gedaagde partij, die een Platinum Membership had afgesloten. De gedaagde had zijn abonnement niet tijdig opgezegd, waardoor het abonnement automatisch met een jaar werd verlengd. De kantonrechter oordeelde dat de algemene voorwaarden van de eisende partij niet onredelijk bezwarend waren en dat de gedaagde partij te laat had opgezegd. De vordering van de eisende partij, die bestond uit de hoofdsom van € 239,95, wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten, werd toegewezen. De kantonrechter benadrukte dat de gedaagde onvoldoende had aangetoond dat de bedingen in de algemene voorwaarden onredelijk bezwarend waren. De gedaagde had ook niet tijdig gereageerd op de facturen en had pas na incassomaatregelen actie ondernomen. De kantonrechter veroordeelde de gedaagde tot betaling van in totaal € 317,70, vermeerderd met wettelijke rente, en stelde de proceskosten vast op € 268,40. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

Rechtbank Arnhem
Sector kanton
Locatie Tiel
zaakgegevens 358898 \ CV EXPL 04-3836 \ 52 \ TWB
uitspraak van 15 juni 2005
Vonnis in de zaak van
de besloten vennootschap Lis B.V.
tevens handelende onder de namen ADULTTVCHANNEL, ADULTTVLIVECHATCHANNEL, GAYTVCHANNEL, BIZARRETVCHANNEL, EROWATCH, LIVECHATHOUSE, TWINKSCHANNEL, EXTREMOCHANNEL,
gevestigd te Emmen
eisende partij
gemachtigde mr. G.F.M.G. Heutink
(Heutink Advocaten – postbus 128 – 7300 AC Apeldoorn)
tegen
[gedaagde] (geboren op [geboortedatum] 1962)
wonende te [woonplaats]
aan het [adres]
gedaagde partij
procederend in persoon
Partijen worden hierna [eiseres] en [gedaagde] genoemd.
1. De procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 30 augustus 2004 met produkties
- de rolbeschikking van 15 september 2004
- de dagvaarding van 28 september 2004 met producties
- het proces-verbaal van 10 november (mondeling antwoord)
- de aanvullende conclusie van antwoord met producties
- de akte van depot (inzake het deponeren van 1 videoband)
- de conclusie van repliek
- de conclusie van dupliek met producties
- de akte van [eiseres] (uitlating producties)
2. De vaststaande feiten
De kantonrechter gaat uit van de volgende feiten, die vaststaan omdat ze niet of niet voldoende zijn betwist.
2.1. [Gedaagde] heeft op zich op 18 januari 2002 bij Xs2view (een website van [eiseres]) aangemeld en een inlogcode aangevraagd voor een gratis abonnement gedurende 30 dagen op de website(s) van [eiseres], waarna [eiseres] per kerende post deze inlogcode naar [gedaagde] heeft gezonden.
2.2. [Gedaagde] heeft apart een optie aangeklikt waarbij duidelijk wordt vermeld dat hij de algemene voorwaarden heeft gelezen en dat [gedaagde] akkoord gaat met deze algemene voorwaarden.
2.3. Op 22 januari 2002 heeft [gedaagde] bij Xs2view een wachtwoord aangevraagd en nadat hij dit wachtwoord had ontvangen het abonnement geactiveerd.
2.4. Omdat [gedaagde] gedurende de proefperiode het abonnement niet heeft opgezegd heeft [eiseres] het proefabonnement overeenkomstig de voorwaarden omgezet in een Platinum Membership.
2.5. Op 28 februari 2002 heeft XLned aan [gedaagde] een factuur gestuurd ten bedrage van € 150,00 voor een lidmaatschap dat gedurende 1 jaar toegang geeft tot Xs2view. Het jaarlidmaatschap gaat in op 22 februari 2002, 1 maand na de inlogdatum 22-1-2002.
2.6. Op 2 december 2002 heeft [gedaagde] zijn lidmaatschap opgezegd.
2.7. Voor het in 2.5 genoemde bedrag, kennelijk vermeerderd met kosten, heeft [gedaagde] eind 2002 met de toenmalige incasso-gemachtigde van [eiseres] een betalingsregeling getroffen.
2.8. Bij factuur van 15 augustus 2003 is aan [gedaagde] het bedrag van € 239,95 ter zake van Platinum Membership in rekening gebracht.
3. De vordering en het verweer
3.1. [eiseres] vordert de veroordeling van [gedaagde] tot betaling van € 317,70, vermeerderd met de wettelijke rente over € 239,95 ingaande 25 augustus 2004 tot de dag der algehele voldoening en met veroordeling van [gedaagde] in de kosten van dit geding.
[Eiseres] heeft aan haar vordering ten grondslag gelegd dat [gedaagde] de verschuldigde abonnementsgelden uit hoofde van het onder 2.4. genoemde abonnement (Platinum Membership) tot een hoofd-som van € 239,95 ondanks betalingsverzoeken en sommaties onbetaald heeft gelaten.
[eiseres] vordert naast de hoofdsom € 9,57 aan wettelijke rente (berekend vanaf 29 augustus 2003 tot 25 augustus 2004 en € 678,00 aan buitengerechtelijke incassokosten.
De totale vordering van [eiseres] bedraagt daarom € 317,70.
3.2. [Gedaagde] heeft de vordering van [eiseres] betwist en als zijn verweer aangevoerd, kort en zakelijk weergegeven en voor zover hier van belang, dat hij heeft betaald voor een proefabonnement en daarna direct heeft opgezegd. Volgens [gedaagde] heeft hij de overeenkomst met [eiseres] opgezegd bij fax van 2 december 2002 aan Collactive B.V. te Eindhoven (het administratiekantoor van [eiseres]). Volgens [gedaagde] heeft hij de overeenkomst tijdig opgezegd, omdat op de factuur van XLned van 28 februari 2002 geen verwijzing staat naar algemene voorwaarden die op de overeenkomst van toepassing zouden zijn. Omdat hij het over 2002 verschuldigde abonnementsgeld heeft betaald heeft [eiseres] niets meer van hem te vorderen.
4. De beoordeling
4.1. Aan de vordering van [eiseres] ligt een (via het internet tot stand gekomen) overeenkomst van 22 januari 2002 ten grondslag.
Van deze overeenkomst maken de door [eiseres] gehanteerde en door [gedaagde] geaccepteerde algemene voorwaarden deel uit, omdat [gedaagde] daarmee heeft ingestemd door op de website van [eiseres] de desbetreffende optie aan te klikken.
4.2. De tekst van deze algemene voorwaarden, voor zover hier van belang, luidt als volgt:
Artikel 2.11
Special Try-out Membership: aanbieder geeft gebruiker gedurende 1 maand toegang tot de content. Gebruiker betaalt de eerste maand niets. Zonder opzegging, binnen deze periode door de gebruiker, zal het membership overgaan in een Platinum Membership.
Artikel 2.10
Platinum Membership: lidmaatschap voor de duur van 1 jaar. Zonder opzegging overeenkomstig art. 9.2 wordt het lidmaatschap telkens verlengd met 1 jaar.
Artikel 9.2
Voor het Platinum Membership geldt dat een opzegtermijn van 3 maanden voor de vervaldag van lidmaatschap van toepassing is.
4.3. Volgens de kantonrechter betreft het bepalingen van "algemene voorwaarden" als bedoeld in artikel 6:231 BW.
Bepaalde bedingen zijn, volgens artikel 6:233 aanhef onder a BW, vernietigbaar, indien zij onredelijk bezwarend zijn.
In casu heeft [gedaagde] een proefabonnement voor de duur van 1 maand gesloten, dat - indien niet binnen deze proefperiode wordt opgezegd - wordt omgezet in een Platinum Membership voor de duur van 1 jaar, dat steeds stilzwijgend wordt verlengd met één jaar, tenzij 3 maanden voor het einde van de lopende abonnementsperiode wordt opgezegd.
4.4. Aangezien artikel 6:236 BW aanhef en sub j als onredelijk bezwarend aanmerkt een beding dat leidt tot stilzwijgende verlenging van meer dan één jaar en volgens artikel 6:237 BW aanhef en sub l een beding waaruit een opzegtermijnen van meer dan drie maanden volgt wordt vermoed onredelijk bezwarend te zijn, oordeelt de kantonrechter dat de onderhavige bedingen van [eiseres] niet als (vermoedelijk) onredelijk bezwarend zijn aan te merken. Dit is temeer het geval nu [gedaagde] onvol-doende heeft gesteld om toch tot het oordeel te komen dat sprake is van onredelijk bezwarende bedingen.
4.5. Het had op de weg van [gedaagde] gelegen om, nadat hij de eerste factuur van € 150,00 ontving, na te gaan waarom hij deze verschuldigd was. [gedaagde] heeft dit kennelijk niet gedaan en pas in november/december 2002 na incassomaatregelen actie ondernomen. Dit was te laat, zoals hierna blijkt.
4.6. Omdat [gedaagde] niet heeft aangevoerd dat hij tijdens de proef-periode heeft opgezegd is het proefabonnement overgegaan in een Platinum Membership. Omdat [gedaagde] dit abonnement niet tijdig (dat wil zeggen 3 maanden voor het op 22 februari 2003 eindigende abonnement) heeft opgezegd, is het abonnement opnieuw met één jaar (van 22 februari 2003 tot en met 21 februari 2004) verlengd. [gedaagde] is daarvoor het door [eiseres] bij factuur van 15 augustus 2003 aan hem in rekening gebrachte abonnementsgeld van € 239,95 verschuldigd.
4.7. [gedaagde] heeft niet aangegeven wat hij met het deponeren van de videoband heeft willen aantonen. Voor zover uit het bekijken van de door [gedaagde] ter griffie gedeponeerde videoband al zou moeten worden opgemaakt dat [gedaagde] - naar analogie van de in het programma Opgelicht ter discussie gestelde algemene voorwaarden van Butterfly - een beroep doet op de vernietig-baarheid van enkele artikelen van de door [eiseres] gehanteerde algemene voorwaarden, verwerpt de kantonrechter dit beroep, omdat - zoals hiervoor onder 4.4. uitvoerig weergegeven - [gedaagde] het abonnement niet tijdig heeft opgezegd.
Het begin van het programma Opgelicht staat niet op de band omdat - indien al opgenomen - daar overheen een ander programma is opgenomen. In het programma Opgelicht - voor zover dat wel op de videoband staat - wordt geen aandacht besteed aan het incassobureau I.A.C. te Fijnaart.
4.8. Omdat [gedaagde] de grondslag en hoogte van de gevorderde rente en de - volgens de gangbare tarieven en bedragen berekende - buitengerechtelijke kosten niet heeft betwist worden deze, naast de hoofdsom van € 239,95, toegewezen zoals door [eiseres] gevorderd.
4.9. [gedaagde] wordt als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten.
5. De beslissing
De kantonrechter
5.1. veroordeelt [gedaagde] om aan [eiseres] te betalen een bedrag van € 317,70, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 239,95 vanaf 25 augustus 2004 tot de dag der algehele voldoening.
5.2. veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, aan de zijde van [eiseres] begroot op € 268,40, daarin begrepen € 108,00 als salaris voor de gemachtigde van [eiseres].
5.3. verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
5.4. wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. P.J. Wiegman en in het openbaar uitgesproken op15 juni 2005.