ECLI:NL:RBARN:2005:AU3904
Rechtbank Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van bezwaar tegen handhaving en bouwvergunning voor afscheidingswanden
In deze zaak heeft de Rechtbank Arnhem op 15 september 2005 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, wonende te [woonplaats], en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Buren, verweerder. De zaak betreft een verzoek om handhaving van afscheidingswanden op de nieuwe begraafplaats aan de Blatumsedijk in Buren. Eiseres had in mei/juni 2004 verzocht om handhaving, maar het verzoek werd niet tijdig behandeld door verweerder. Eiseres maakte bezwaar tegen het niet tijdig nemen van een besluit, wat door de Commissie bezwaarschriften gemeente Buren werd geadviseerd om gegrond te verklaren.
Verweerder heeft op 21 maart 2005 het bezwaar gegrond verklaard, maar tegelijkertijd het verzoek om handhavend op te treden afgewezen, met de verwachting dat legalisatie van de afscheidingswanden binnen afzienbare tijd zou plaatsvinden. Op 4 mei 2005 verleende verweerder bouwvergunning aan de gemeente Buren voor het plaatsen van de afscheidingswanden. Eiseres heeft tegen deze besluiten bezwaar gemaakt en verzocht om rechtstreeks beroep bij de rechtbank.
De rechtbank oordeelt dat verweerder ten onrechte heeft ingestemd met het rechtstreeks beroep, omdat er geen inhoudelijke gedachtewisseling heeft plaatsgevonden over de bouwvergunning en handhaving. De rechtbank concludeert dat een heroverweging in bezwaar niet zinvol zou zijn en bepaalt dat verweerder de beroepschriften als bezwaarschrift moet behandelen. Tevens wordt bepaald dat de gemeente Buren het door eiseres betaalde griffierecht van totaal € 276 aan haar vergoedt. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.