ECLI:NL:RBARN:2006:AY8411

Rechtbank Arnhem

Datum uitspraak
13 september 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
437310 \ CV EXPL 06-1553
Instantie
Rechtbank Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verrekening van no-claim teruggaaf in aanhangige procedure

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Arnhem op 13 september 2006, heeft de kantonrechter P.J. Wiegman uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen een zorgverzekeraar en een gedaagde. De eiser, vertegenwoordigd door gemachtigde M.G. Tempelman, vorderde betaling van een bedrag van € 163,49, inclusief rente en proceskosten. Tijdens de procedure heeft de eiser haar vordering verminderd met € 118,59, wat de uiteindelijke vordering op € 44,03 bracht. De eiser stelde dat de vordering in hoofdsom was teniet gegaan door verrekening met de no-claim teruggave op 11 maart 2005, vóór de dag van dagvaarding. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde ten onrechte in rechte was betrokken, aangezien de vordering door de verrekening niet meer bestond. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de buitengerechtelijke werkzaamheden die door de eiser waren verricht, voor vergoeding in aanmerking kwamen en dat het gevorderde bedrag in overeenstemming was met de redelijke en gebruikelijke tarieven. De gedaagde werd veroordeeld tot betaling van € 44,03 aan de eiser en moest ook de proceskosten vergoeden, die aan de kant van de eiser tot dat moment waren begroot op € 88,38 voor dagvaardingskosten, € 90,00 voor vastrecht en € 30,00 voor salaris van de gemachtigde. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen. Deze uitspraak is openbaar uitgesproken op 6 september 2006.

Uitspraak

Vonnis
RECHTBANK ARNHEM
Sector kanton
Locatie Tiel
zaakgegevens 437310 \ CV EXPL 06-1553 \ 127 PW\WV
uitspraak van 13 september 2006
Vonnis
in de zaak van
[zorgverzekeraar].
gevestigd te Zwolle en kantoorhoudende te Wageningen
eisende partij
gemachtigde M.G. Tempelman
tegen
[gedaagde]
wonende te [adres]
gedaagde partij
procederend in persoon
Partijen worden hierna [eiser] en [gedaagde] genoemd.
De procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit
- de dagvaarding van 22 maart 2006
- de conclusie van antwoord met een productie
- de conclusie van repliek met producties.
Het geschil en de beoordeling
[eiser] vordert de veroordeling van [gedaagde] tot betaling van € 163,49, rente en proceskosten, waarna [eiser] bij repliek haar vordering heeft verminderd met een bedrag van € 118,59.
De vermindering van haar vordering heeft [eiser] gemotiveerd met de stelling dat de vordering in hoofdsom door verrekening met de no-claim teruggave op 11 maart 2005 en dus vóór de dag van dagvaarding teniet is gegaan. [eiser] heeft [gedaagde] daarom in zoverre ten onrechte in rechte betrokken.
[eiser] heeft onweersproken gesteld dat ruim voordien reeds buitengerechtelijke werkzaamheden waren verricht, die voor vergoeding door [gedaagde] in aanmerking komen. Het gevorderde bedrag is in overeenstemming met de redelijke en gebruikelijke tarieven zodat de vordering in zoverre toewijsbaar is.
[gedaagde] is per saldo in het ongelijk gesteld en moet de proceskosten (naar rato van het toegewezen bedrag betalen, met dien verstande dat geen salaris gemachtigde voor de repliek wordt toegekend.
De beslissing
De kantonrechter
veroordeelt [gedaagde] om aan [eiser] te betalen een bedrag van € 44,03;
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, aan de kant van [eiser] tot vandaag begroot op € 88,38 voor dagvaardingskosten, € 90,00 voor vastrecht en € 30,00 voor salaris gemachtigde;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. P.J. Wiegman en in het openbaar uitgesproken op 6 september 2006.